190214
De jonge vrouw die in de trein tegenover me zit, leest,
in een pocketeditie, Les Bienveillantes van Jonathan Littell. Ze valt in
slaap en laat het boek op de grond vallen. Ik raap het voor haar op en vraag
wat ze ervan vindt. Het beste boek dat ik de afgelopen tien jaar gelezen heb,
antwoordt ze. Ik slik mijn flauwe vraag of de lectuur haar niet te zwaar valt in.
Naast haar zit mijn – toevallige – reisgenoot B. We hebben het even over
vrijwilligerswerk. Hij verricht op vrijwillige basis redactioneel werk voor het
tijdschrift Oikos. Er is net een redactrice weggevallen, dus zou een
extra kracht welkom zijn. Ik zou het kunnen overwegen, maar het is dan weer
hetzelfde type werk dat ik al hele dagen doe. Ga eens kijken bij de
Vrijwilligerscentrale, suggereert B. Ik neem het mij voor en schrijf het hier op
om volgend jaar te zien wat er van dat voornemen in huis is gekomen. *