190208
Zeer herkenbaar, wat Virginia Woolf op 2 oktober 1932 in
haar dagboek schrijft: ‘Nog vreemder is het dat ik zo bezeten ben van het
gevoel dat ik nu, en ik ben inmiddels vijftig, volkomen ongehinderd zonder
omhaal en rechtstreeks mijn doel onder schot wil nemen met alle pijlen die ik
op mijn boog heb.’ Ze wil alle ‘vrijblijvende doelloosheid’ van zich afschudden
‘en me terugtrekken, concentreren’. Geen aandacht voor mensen, roem, recensies
of kleren gaan kopen. Neen, de essentie, die met het ouder worden zichtbaarder
en urgenter wordt. (Schrijversdagboek 1, 240, door Joop van Helmond
vertaald) * (…) * (…) * Ik beëindig de lectuur van Woolfs Schrijversdagboek
1 en ga meteen over naar 2 (…), in het volle besef dat ik dit
boek nooit zal herlezen. *