vrijdag 10 april 2020

vorig jaar 133


190410
Bij het ontbijt een gesprek over het verdwijnen van alle informaliteit in de arbeidsbetrekkingen als oorzaak van depressie, burn-out, vereenzaming. Procedures die perfect werden georganiseerd op basis van menselijke interactie, collaboratie, solidariteit… worden nu ingevuld door duurbetaalde IT-toepassingen, algoritmes eigenlijk, waarbij elke werknemer niet meer is dan een inwisselbare pion. En neem de gezondheidsmanie, de kruistocht tegen alcohol en nicotine. Alsof die drugs niet een rol speelden in het hechten van het sociale weefsel. Mensen die tezelfdertijd hun drug opzochten, zochten ook elkaar op. Dat verdwijnt allemaal. We leven langer, maar vele jaren als emotioneel wrak. Ten andere, is het niet van alle tijden dat mensen, mannen vooral, naar methodes zochten – onbewust vaak – om hun leven te bekorten? Het lang in leven blijven is geen fundamentele, slechts een secundaire, of afgeleide, drijfveer. * Vanochtend vroeg ben ik in de mistige schemering naar buiten gegaan om wat foto’s te maken, vooral van de majestueuze eik die hier op het domein staat. * Later in de voormiddag dezelfde wandeling die we ook gisteren maakten. Bij de vijver waar we gisteren de beverrat zagen – ik moet altijd aan Walden Pond van Thoreau denken – (…). Na de middag fietsen we heen en weer naar Luzy waar we in de ‘Bi1’, wat vroeger de ‘Attack’ was, inkopen doen. (…) * Een passage in Ons soort mensen (114-115) sluit bijzonder goed aan bij het gesprek dat we tijdens het middageten hadden, over de pragmatisering van de arbeid, de managementtaal, de formalismen alom die niets uithalen behalve het leven onaangenaam maken. ‘De neoliberale ideologie, vermomd als een mengeling van pragmatisme en prestatiegerichtheid, veroverde de laatste hoekjes van het maatschappelijk leven.’ *