Karel Čapek, Een doodgewone dag, 29
ǁ
Hij richtte de camera van
een afstand op de berg, mijn ogen spanden zich in om te kijken of er iets te
zien was, ik was erop gericht schutkleuren te ontwaren, tot een explosie de
bergwand van zijn plaats rukte; stof, gruis, chaos.
Tommy Wieringa, Caesarion, 179