zaterdag 11 januari 2020

vorig jaar 59


190111


Opnieuw nachtelijke leesuren: Idyllen van Pfeijffer, Het laatste weekend van Bernhard Schlink (omdat ik na De voorlezer nog wel iets van hem wil lezen) en Een vrouw op de vlucht voor een bericht van David Grossman: wat een rijkdom, dat laatste, wat een feest om te lezen – hoe is het mogelijk dat ik dat boek zo lang ongelezen heb laten wachten. Neem de passage waarin Ora beseft dat ze over het leven van het zo door haar aanbeden en gemiste kind Ofer, voor wie ze nu zo bang is dat hij in die militaire actie waarvoor hij zichzelf vrijwillig heeft aangemeld het leven zal laten, nauwelijks iets weet te vertellen. Uit hoeveel anekdotes bestaat een kinderleven maar? Uit hoeveel onthouden en bijgehouden anekdotes? En dit in schril contrast met: ‘al die kleine details, de duizenden momenten en handelingen waaruit je een kind grootbrengt, hem stukje bij beetje tot mens maakt’ (216). En onmiddellijk na deze twijfel herinnert Ora zich een ongelooflijk gedetailleerde scène, hoe ze, toen Ofer nog maar een jaar of zo oud was, vliegtuigje met hem speelde in bed, en hoe zij daarbij het door het raam binnenvallende zonlicht dwars door zijn wijd uitstaande oren zag gaan waardoor in die oorschelpen adertjes en knobbeltjes zichtbaar werden. (220-221) * Bijna negen maanden na mijn accident verklaart dokter Berghs, die mijn schouder opereerde, dat alles onverhoopt snel en goed hersteld is: zowel de schouder als de heup. Na de vrijspraak op de longafdeling vorige week betekent dit dat ik dit hoofdstuk zo goed als definitief kan afsluiten. Nu volgt enkel nog een controleconsultatie bij de cardioloog in juni en een bij de uroloog in september. Ik vertelde Berghs dat ik in april-mei (…) een meerweekse fietsreis plan. Hij vond dat bewonderenswaardig en moedigde mij aan. * Import Export of hoe schmutzig kan seksualiteit zijn. Mannelijke seksualiteit welteverstaan. *