maandag 8 september 2014

zomer veertien 21

16 juli – woensdag / Elisabethlaan

(…)



(…) We beginnen met een wandeling door enkele rond de site gelegen straten met werkmanshuisjes. IJverige klussers, alle huisjes bewoond en goed onderhouden, velen hebben hun driekleur laten hangen, wellicht nemen ze hem pas na de nationale feestdag weg. In het MAC’s laten we ons verrassen door wat zich aandient. Het Gentse kunstenaarsduo Lachaert-d’Hanis heeft gekozen voor een opstelling die aan de werkmanshuisjes van Le Grand Hornu refereert. Ze maakten twee straten. Je kijkt door de ramen naar de installaties in de kleine interieurs. Verknoopte stoelen, lege vogelkooitjes, een tapijt in de vorm van een schilderspalet… Het geheel straalt beklemming uit, de sfeer van huishoudens waar het meeste al is gezegd. De installatie heet ‘Tranches de vie’.



De solotentoonstelling Patrick Guns spreekt meer aan. Al moet gezegd dat dit spektakelkunst is: Guns maakt zijn politieke statements wel zeer nadrukkelijk. We zien: botten die branden in een hellevuur; een omgekeerd aan het plafond bevestigd touwtje bungelend opgedroogd bonzaiboompje; een Calder-mobiel die bestaat uit aan de binnenkant met goudverf beschilderde wrakstukken van een sloep; de namen van de gerechten van maaltijden die als laatste maaltijd werden gewenst door terdoodveroordeelden in Texas met ernaast telkens een foto van een chef die die maaltijd naar eigen inzichten, en dus zo goed mogelijk, heeft klaargemaakt; een geheel verduisterde zaal met achterin een van binnen verlichte keet waarin op schermen bewakingsbeelden te zien zijn van een museum. Dat laatste zou een statement moeten zijn over geroofde kunst. De wrakstukken van de sloep verwijzen naar de bootvluchtelingen. De gerechten uiteraard naar het standpunt van Guns ten aanzien van het feit dat in de Verenigde Staten de doodstraf nog altijd wordt uitgesproken en toegepast.

In de museumshop wordt mijn aandacht getrokken door een lijvige Atlas de l’Art Contemporain van Dennis Gielen. De indeling van de hoofdstukken staat me aan: het subject wordt opgedeeld in emoties en drijfveren, en die dan weer in onderdelen (Sujet wordt onder meer Mélancholie, Mémoire enzovoort, en Amour bestaat dan weer uit onder meer Attrait, Amour Physique, Pornographie… (ik citeer maar wat uit het hoofd) – en bij dat alles horen dan voorbeelden uit de moderne kunst.). Maar het boek is te duur en, inderdaad, wanneer zou ik er toe komen om ook daar weer de gepaste aandacht aan te besteden. Ik koop wel het catalogusje bij de Guns-tentoonstelling. Kwestie van toch iets bij te dragen aan het Waalse cultuurbudget want we hebben hier zeker vijf keer zoveel personeel zien rondlopen dan belangstellenden.


Het tweede deel van onze uitstap bestaat uit een rondrit vanuit Hornu door plaatsen waar een mens nooit komt en overigens niet eens de naam van kent: Athis, Fayt-le-Franc, Passe-tout-Outre, Autreppe. Vlak voor Valenciennes nemen we een ferme kasseistrook mee, en dan gaat het onder Valenciennes door richting Arenberg, waar ik Sarah de tranchée laat zien. We drinken nog een koffie in Saint-Amand-les-Eaux, waarna we naar huis keren met muziek in de auto van Peter Gabriel, Flip Kowlier en Bashung.

(…)