maandag 6 augustus 2018

intensieve zorgen – 9


Was het een bijnadoodervaring? Wie zal het zeggen. Een tunnel met een stralend licht op het eind: dat is het altijd terugkerende beeld in de overgeleverde getuigenissen. Maar wat mij toch het meest zal bijblijven, is dat overweldigende gevoel van verlossing. Het is goed zo. Laat maar los. Geen angst, integendeel: een vorm van met wellust gepaard gaande berusting.

Maar het kunnen natuurlijk die straffe Hollandse narcotica geweest zijn. De effecten ervan lieten zich trouwens nog een paar dagen gevoelen, al dan niet in combinatie met de volledige verdoving die ik, voor de operaties van mijn toegetakelde linkerheup en rechterschouder, tweemaal toegediend kreeg, de dag van het ongeluk zelf en nog eens twee dagen later. Die effecten werd ik vooral gewaar tijdens mijn slaap, meer bepaald in mijn dromen: die waren talrijk en kleurrijk en werden veelvuldig onderbroken door plots ontwaken. Waarna het telkens een paar seconden duurde vooraleer het besef waar ik mij bevond mij ontnuchterde. Maar het meest typerende van die benevelde dromen was wát ik droomde. Het was alsof ik mij, kijkend door een camera-met-macrolens, heel dicht tegen het huidoppervlak van mij dierbare personen voortbewoog: ik zag hun huidplooien, aders, beharing op hun armen en rug maar soms ook in of op intiemere zones: oksels, borsten, liesplooien. Alsof ik in de geborgenheid van die lichaamsplekken beschutting zocht tegen wat me de eerste dagen na mijn ongeval overkwam. Die dromen waren in elk geval niet onaangenaam, het ontwaken daarentegen...

*

Gisteren vergat ik nog te verklaren hoe het kwam dat ik meer dan een uur op de ambulance moest wachten. Doordat ik pal op de grens lag, was het niet meteen duidelijk welke spoeddienst mij zou komen ophalen: die van het dichtstbij gelegen Knokke, die van Brugge (waar ik naartoe wilde) of die van het Nederlandse Oostburg. Daar diende eerst over te worden genegotieerd, blijkbaar. Uiteindelijk won Oostburg het pleit. Maar die reden eerst naar een fout adres in Oostburg zelf. Daar lag uiteraard géén wielertoerist. Hoe ze dan toch te weten kwamen dat ze mij elders moesten zoeken, is mij niet duidelijk geworden. Enfin, een kleine kritische opmerking is hier zeker op zijn plaats. Het zal waarschijnlijk wachten zijn op de eerste dode als gevolg van een verlate interventie, tot er een regeling komt voor dit anachronistische hiaat in de transnationale afspraken tussen de ziekenhuizen aan weerszijden van de landsgrens. De opmerking is des te meer op zijn plaats aangezien ik ondertussen al iemand anders heb horen vertellen die weet had van een identiek incident op precies dezelfde plek. Wat is nu goed civiek gedrag? De zaak aankaarten, er ruchtbaarheid aan geven, verantwoordelijken aanspreken opdat iets dergelijks zich niet zou herhalen? En wie zijn dan die verantwoordelijken?


lees hier de volledige reeks (scrollen naar beneden en dan klikken op 'oudere berichten'): https://pascaldigital.blogspot.com/search/label/intensieve%20zorgen