donderdag 2 augustus 2018

intensieve zorgen – 7

Je ligt er nog maar, of er begint een hele paperasserijenmolen te draaien. Wie van zijn melk is en niet meteen iemand heeft die voor hem de meelzakken vult, dreigt eronder bedolven te worden. Reken maar dat je zeer spoedig een aanmaning krijgt als je niet op tijd een formulier invult en terugstuurt, op je positieven of niet.

Ik klaag niet hoor, integendeel. Door voor het eerst – afgezien van wat occasioneel dokters- en tandartsbezoek – echt een beroep te hebben kunnen doen op de pot die ik al mijn hele volwassen leven via allerlei belastingen en solidariteitsbijdragen heb helpen te spijzen, weet ik maar al te goed hoe voortreffelijk en ethisch hoogstaand het principe is. Zonder verzekering en mutualiteit was ik nu behalve gebroken ook geruïneerd. Iemand die het kan weten schatte de totale kost van mijn operaties, verzorging, verblijf, medicatie, verbanden, voeding, revalidatie etcetera op ongeveer een half appartement. Zo’n bedrag kan ik niet ophoesten.

De documenten komen op je thuisadres aan. Daar is niemand om de brievenbus dagelijks te legen. Na een week of zo komt alles dan toch in een plastic zak op je ziekenhuiskamer aan, de eerste facturen van het ziekenhuis mooi gemengd met de reclamefolder van de Colruyt. Je blijkt opeens een voorwerp van aandacht op de personeelsdienst van je werk, in het verzekeringskantoor, bij de mutualiteit… Nog een geluk dat niemand anders bij het accident betrokken was of er kwam ook nog eens een hele juridische kant aan de zaak, met processen-verbaal, dagvaardingen, convocaties enzovoort.

Ondertussen heb je het druk met het bijhouden van alle afspraken voor consultaties en revalidaties en met alle procedures waaraan je je dagelijks te onderwerpen hebt. (Ik kom er nog op terug.) Die formulieren vul ik later wel in, fluister je jezelf in, mijn kop staat er niet naar. En zo stapelt die papierwinkel zich op. Zoals die winkel geen onderscheid maakt tussen wie fit genoeg is en diegenen die te verzwakt zijn om om er tegenaan te gaan, zo maak jij op den duur geen onderscheid meer tussen wat al lang ligt te wachten en dus dringend is, en wat er, bijvoorbeeld in de vorm van een aanmaning, als nieuw is bijgekomen.

En ik heb zo al een viscerale afkeer van alles wat naar bureaucratie neigt. Invulvakjes, kleine lettertjes, altijd weer diezelfde vragen waar je kop noch staart aan krijgt… brrr.

Na een paar weken wist ik dat het grondig fout aan het lopen was. Ik was buiten de reguliere maatschappij gevallen. Voor de hospitalisatieverzekering van mijn werkgever, die zou tussenkomen voor wat de mutualiteit niet uitkeerde, was ik al te laat en moest H. van de personeelsdienst zijn beste beentje voorzetten ten einde het tij de doen keren. Het ziet ernaaruit dat hij daarin is geslaagd – dank u, H. – maar uitsluitsel daarover moet ik nog krijgen. Ondertussen kwam bij dit alles ook nog mijn belastingaangifte. Een paar dagen voor de deadline geraakte ik eindelijk bij mijn computer. Daar zorgde B. voor, die mijn rolwagen duwde van in het revalidatiecentrum tot mijn woning, een kilometer ver over Brugse kasseien en scheve trottoirs: géén sinecure. Ik stond onder stress. Bleek bovendien dat tijdens mijn langdurige afwezigheid mijn computer gehackt was en mij niet als gebruiker herkende. Gelukkig hielp D., B.’s echtgenoot, mij via de telefoon bij het aanmaken van een nieuwe account. Dat duurde drie kwartier. Een flinke bijstand waar ik alleen maar blij om kon zijn, maar voor mijn verzwakte gestel en zenuwen was het te veel en ik barstte in tranen uit. B. suste het – dank u, B.

Vandaag, we schrijven 1 augustus, is het nog altijd niet duidelijk of alle papieren wel in orde zijn. De ziekenhuisfacturen en verschuldigde bedragen fluiten me om de oren, maar bij elke overschrijving die ik doe weet ik niet of ik mijn geld zal terugzien en hoeveel daarvan. Ik weet ook niet of alles in orde is. Heb ik iets over het hoofd gezien? Wie zal het mij zeggen? Hoe doen mensen dat die minder mondig, minder computervaardig, minder alert zijn? Voor wie geen H., D. en B. klaarstaan?