Acedia
Hij houdt bij de
tramhalte de bal tussen de knieën.
Hij wijst vanaf het
midden van de straat naar de kant.
Hij draagt de bal in
een soort netje in zijn hand.
Op de ruit staat een
telefoonnummer.
In de kooi voor de
ruit een plant.
Het slapend hoofd op
tafel.
Een haarlok over de
rand.
Op een bumper waait
een pauwenveer.
Vlak over de kom ligt
haar hand.
Hij loopt en begin
plotseling te rennen.
Ze wordt wakker
zonder zich op te richten.
De bal draait in het
water naar de kant.
Erik Lindner