6 december 2015
zondag
Elke keer dat ik mee opstap in een betoging, zoals deze
namiddag in Oostende, vraag ik mij af wat ik daar eigenlijk aan het doen ben.
Gelukkig liep ik L. tegen het lijf, zo maakten we er nog een gezellige
wandeling van. Zo’n betoging betekent telkens een bittere confrontatie met de
macht van het getal: het maakt géén verschil uit als je er niet zou zijn – in
plaats van 14.000 zouden er 13.999 betogers zijn, geen kat die het verschil merkt.
En dat is de ontnuchterende vaststelling want het kost je wel wat moeite om
naar zo’n betoging te gaan en eraan deel te nemen. Zo weinig heb je maar te
betekenen in een democratie en al die hufters die thuis blijven, roepen
uiteindelijk veel luider ook al zeggen ze geen woord. De macht van het domme,
naakte getal. Natuurlijk, ik weet het, als iedereen dezelfde redenering maakt…–
en er zijn er wellicht al vele duizenden die zo denken. Op die manier wordt
natuurlijk nooit een kritische massa bereikt. Maar wat is dát dan? Vanaf
wanneer ben je met genoeg om werkelijk iets te betekenen? Ik denk dat het
indertijd met de Witte Mars (kijk naar de hoofdletters die die gebeurtenis
heeft afgedwongen) werd overschreden: daar zijn de politici toen wel van
geschrokken. Maar hoeveel mensen zouden er in Oostende moeten hebben
rondgelopen vooraleer één beleidsdrager ernaar zou hebben omgekeken? Hoeveel
zouden er in Brussel moeten hebben rondgelopen, mocht die betoging niet
verboden zijn geworden? En in Parijs? Bovendien is het niet echt cool, dat betogen. Stugge mensen, zoals
ik er een ben, laten zich niet gemakkelijk overhalen om die slogans na te
brullen, of om een mensenketting te vormen, of plots vooruit te lopen – enfin,
de hele grammatica van de demonstratie. Veel mensen die daar zijn, lijken mij stug.
Vooral de Nederlandstaligen, heb ik deze namiddag kunnen vaststellen. De
Franstaligen, die in groten getale mee opstapten, zijn veel luidruchtiger en
enthousiaster. Nochtans, hun grondgebied zal niet onderlopen als de zeespiegel
stijgt! ¶
Uit het nieuws van vandaag: Vlaamse provinciegouverneurs
pleiten voor nultolerantie inzake alcohol achter het stuur. 0,00 promille dus. Het
VRT-journaal pikt dit gretig op en schermt met vergelijkingen met landen waar
er al een nultolerantie is. Daar zijn er maar half zo veel verkeersdoden als
hier. Het alcoholverbod zal daar zeker een rol in spelen, maar het is niet fair
om niets, niets dus, te zeggen over
onze ruimtelijke wanorde en de slechte staat van onze wegen – want die spelen
in het aantal accidenten zeker ook een belangrijke rol. Een dergelijke
berichtgeving is tendentieus. ¶
En ook uit het nieuws: mijn geliefde Frankrijk is vandaag een
extreemrechts land geworden. Het Front National grijpt de macht. De
burgemeester van Antwerpen, die nu al weken strategisch zwijgt, aarzelt geen
seconde om zijn commentaar wereldkundig te maken: het is nu hoog tijd om de
grenzen van Fort Europa te sluiten! Geen woord over het bedenkelijke
gedachtegoed van het Front National. Wel dit: als de vluchtelingenstroom niet
stopt, zal dat ‘desastreuze gevolgen hebben voor ons sociale weefsel’. Dat die
man met uitgerekend dat argument durft te schermen, dat is het cynisme voorbij.
¶