23 december 2015
woensdag
De vrouw die gisteren na het ongeluk in de Elisabethlaan ‘in
kritieke toestand’ was weggevoerd, is overleden. Ik denk aan de man die bij
haar was: het koppel uit Dieppe was vorige week getrouwd en was naar Brugge
gekomen op huwelijksreis. Ik denk ook aan de buschauffeur die voor het zebrapad
was gestopt en die misschien de motorrijder die tegen de overstekende vrouw is
geknald in zijn achteruitkijkspiegel heeft zien naderen, zonder nog iets te
kunnen doen. ¶
© Minority Report |
Twee films op één avond. Mon
fils à moi (2006) van Martial Fougeron gaat over een moeder die haar zoon
versmacht met haar eigen onvermogen om ouder te worden en dus een goede ouder
te zijn. Minority Report van Steven
Spielberg (2002) behoort als cinefiele sciencefiction niet echt tot mijn
geprefereerde genre, maar voor Spielberg maak ik graag een uitzondering: ik
blijf de rit tot in het jaar 2058 uitzitten. Chauffeurloze autostromen,
supersnelle vliegtuigen die overal interventietroepen kunnen droppen, touchscreentechnologie,
de voortdurende aanslagen op de privacy met advertenties die, op basis van de gegevens
die worden verzameld door de alomaanwezige retinascanners, elke passant op een
gepersonaliseerde manier aanspreken (‘Mijnheer Huppeldepup, u kocht hier drie
maanden geleden een paar schoenen. Wordt het niet stilaan tijd om nog eens een
kijkje te komen nemen?’)…, dat is het toekomstbeeld dat Spielberg ophangt – het
lijkt me al bij al nog redelijk optimistisch. De problemen die door de film
worden aangekaart, zijn vooral van morele aard: wat als je, gedekt door het
argument van de misdaadpreventie, de toekomst van individuen kunt voorzien?;
valt er te leven met een dergelijk doorgedreven determinisme? Het is allemaal
best interessant en – vooral – schitterend vormgegeven, maar voor iemand die,
zoals ik, niet getraind is in het volgen van onwaarschijnlijke
plotontwikkelingen, toch ook een lastige zit. ¶