Schaduwen worden vaak veronachtzaamd. Nochtans moet de
fotograaf, die licht en donkerte als belangrijkste materialen heeft, er oog
voor hebben. Op een bloedhete dag in het zuiden schuilt in de slagschaduw het
diepste zwart. Met de patronen van licht en donker, wit en zwart, moet op het
kleine speelterrein van het door het fotokader afgebakende oppervlak een beeld
worden uitgezet dat zin, betekenis en zo mogelijk genoegen verschaft.
Hier is dat, naar mijn smaak en aanvoelen, gelukt.
Mede door het straffe licht. De automatische stand dirigeerde mijn toestel
wellicht naar een 1/2000 sluitertijd of daaromtrent, waardoor ik met de losse
pols (ik was zelf aan het stappen) de bewegingen voor mij (in de benen, de
voeten, de schaduw op de grond) tot haarscherpe stilstand kon terugbrengen. Het
resultaat is een sierlijke lijn waarvan de toeschouwer zegt: ‘Hé, zo zou ik het
niet hebben gezien.’
Maar er is meer aan de hand. Het toeval speelt, zoals
zo vaak, een rol. Mooi is dat het vlechtje zichtbaar is. Dat de schaduw van de
arm die het kind vasthoudt tot buiten het beeld voert – waardoor er zelfs, mits
wat hineininterpretieren, een metafysische dimensie in dit schijnbaar
lichtvoetige schaduwportret binnensluipt: door wie wordt het kind beschermd,
bij de hand genomen? Dat er in de rechterbovenhoek nog die voet is, die de
compositie in evenwicht houdt en die, door in een andere richting te stappen,
het beeld nog dynamischer maakt.
Dit beeld is mij dierbaar omdat het mij, als
fotograaf, het plezierige besef verschaft dat het zonder mij niet zou hebben
bestaan. Ik heb dit beeld gezien en doe het – door af te drukken, het resultaat
te tonen en erover na te denken en te schrijven – in de hoofden van velen
bestaan. Het kind, ondertussen, is meer dan dertien jaar ouder geworden maar het
is, laat het ons toch hopen, nog altijd even zorgeloos en beschermd als op deze
foto.
Zuid-Frankrijk
- 050327
zie ook: terugblik