18 augustus – maandag / Elisabethlaan
(…)
Ik besef dat deze notities
wellicht niet genoeg om het lijf hebben om te gebruiken voor de blog. Ik zal ze
eens van naderbij moeten bekijken. Er zal in elk geval heel wat moeten
sneuvelen en door ‘(…)’ worden vervangen. (…)
Een bezoek aan de Raaklijn breekt
mijn dag. Ik loop er X. tegen het lijf. We starten een gesprekje en ik herinner
me meteen waarom die man op het laatst zo op mijn zenuwen werkte: dat
voortdurende ge-onderbreek van hem. En luisteren doet hij hoe dan ook nooit.
Laat staan een vraag stellen. Het valt me op dat hij in dat halfjaar dat ik hem
niet heb gezien ferm verouderd is. Ook met Y. klets ik wat. Ik heb moeite om
hem te begrijpen want hij mummelt. Meer dan vroeger, heb ik de indruk. Ik word
steeds meer door oude mensen omringd. Ik koop Vlucht zonder einde van Joseph Roth (een ‘10 euro-uitgave’) en (…).
Ik breng mijn fiets naar de
fietsenmaker op Sint-Andries. Ik zit bijna dwars door mijn achterband, de
remmen zijn op en de ketting moet gesmeerd. Op de terugweg loop ik aan bij
Pieter om er de auto achter te laten. (…)
Ik maak pasta met kaassaus en ham
voor Gerard. (…) De rest van de avond breng ik lezend door, ik beleef veel
genoegen aan Proust en Elsschot.
