maandag 13 oktober 2014

Facebook-case: een magere quote over een dikke minister



Sociale media zijn snel en dat heeft zo soms zijn gevolgen. Gisteren belandde ik op Facebook in een ministormpje. Laat onderstaand relaas instructief wezen voor wie, zoals ik, soms al eens een meninkje heeft en dat wereldkundig wenst te maken. We leren ook iets over de kwaliteit van de online pers. Ik geef een bondige chronologie.

Mijn aandacht wordt, via iemand die het gedeeld heeft, getrokken naar een artikeltje op De Standaard Online: ‘Minister van Volksgezondheid met obesitas is niet geloofwaardig’. Geef toe, dat laat aan duidelijkheid niets te wensen over. Wanneer ik bovendien zie dat een tweet van een door mij gewaardeerd journalist aan de basis ligt van het artikel, is mijn aandacht al helemaal gewekt. Onder een foto met daarop, tussen andere en iets minder in het vlees zittende kersverse excellenties, onze nieuwe minister van Volksgezondheid, staat de inleiding van het artikel:

‘VRT-correspondent Tom Van de Weghe haalt op twitter snoeihard uit naar Open VLD-boegbeeld Maggie De Block. “België krijgt een Minister van Volksgezondheid die obees is. Kritiek wordt afgedaan als flauwekul, maar wat met haar geloofwaardigheid?”’

Meteen blijkt dat Van de Weghes tweet fout wordt geciteerd want die luidt:

‘Vaststelling 2: België krijgt minister v volksgezondheid die obees is. Kritiek wordt afgedaan als flauwekul, maar wat met geloofwaardigheid?’

‘Vaststelling 2’? Jawel, want deze tweet is de tweede van twee; de eerste luidde:

‘Vaststelling 1: in een land geplaagd door obesitas vormt een zwaarlijvige presidentskandidaat zoals governeur Chris Christie een probleem.’

Onder beide quotes staat dan de rest van het artikel waarin wordt weergegeven hoe De Block eerder al met dit soort kritiek is omgegaan: ze voert aan dat je, ook al zie je er zelf niet in optima forma uit, je toch goed voor de volksgezondheid kunt zorgen. Ze zegt ‘niet gevoelig’ te zijn voor dit soort kritiek, en voegt er nog aan toe:

‘Wel vind ik het nogal typisch dat een vrouw direct op haar uiterlijk wordt afgerekend. Dat is bij topmannen toch minder. Jean-Luc Dehaene zat toch ook goed in het vlees? Maar over zijn gewicht maakte men geen opmerkingen.’

Op basis van dit materiaal, en van de ontgoocheling die ik voel ten aanzien van Van de Weghe, deel ik op mijn Facebookpagina het artikeltje en schrijf daarbij:

‘Hiermee heeft Tom Van de Weghe, die ik nochtans altijd hoog inschatte voor zijn interessante en vakkundig gebrachte reportages, voor mij afgedaan.’

Ironiserend voeg ik er nog een kort zinnetje aan toe:

‘Geef toe, als je kaal bent kun je toch geen goeie journalist zijn?’

Tom Van de Weghe, namelijk, is kaal.

Deze post sorteert enkele reacties. De eerste komt van een zwaargewicht, niet letterlijk dan: Jan Blommaert. Hij stemt in:

‘Inderdaad. Ik moet niks van Maggie weten, maar haar lichaamsomvang heeft daarmee geen bal te maken.’

Dan volgen een obligaat verwijzinkje naar Bart De Wever en een seksistische opmerking. En anderhalf uur na mijn post treedt de gangbare stilte in.

Nog eens zoveel later leest Knack-redacteur Walter Pauli mij de levieten: ik ben in zijn ogen te streng geweest voor Tom Van de Weghe en Pauli kruipt, breedvoerig zoals steeds, in zijn pen:

‘@Pascal, Jan ea: het zou iedereen met enige zin voor nuance (én met “zin in debat”) moeten kenmerken dat een journalist (of een academicus, een schrijver, en gewoon elke andere persoon), en toch zeker een man die Pascal “nochtans altijd hoog inschatte”, na één blunder niét heeft afgedaan. Kjk: ook ik ben niet akkoord met Van de Weghe, ik vind de idee dat een minister van volksgezondheid een voorbeeldig gezond leven zou leiden, zelfs akelig. Maar wat als iemand die grens overschrijdt - om welke reden dan ook, dan is dat voor de rest toch geen “license to kill”? Misschien heeft Van de Weghe al frappante, hoogst persoonlijke ervaringen met obesitas. Misschien ook. Misschien kletste hij echt uit zijn nek. Welja, hoogst waarschijnlijk maakte hij een fout. En dan? Wat eiste Piet De Somer weer op voor zijn wetenschappers? “Het recht op dwalen”. Hebben we daar al allemaal niet ooit gebruik van gemaakt, stilletjes en dankbaar? Zijn Pascal Cornet en Jan Blommaert zo van menselijke en politieke fouten verstoken? Wel, ik niet. Ik heb als journalist ook al fouten gemaakt, en ben blij dat niet heel Vlaanderen mij bij de eerste (of de derde) meteen als “afgedaan” kwalificeerde. Zeker op hypersnelle media als twitter of facebook: mag nog een beetje nuance, ook in onze veroordelingen van zondaars? Een gram mededogen? En dus eveneens voor Tom Van de Weghe, zelfs als hij zeer onredelijk deed over Maggie De Block?’

Deze commentaar van Walter Pauli zal op het eind van de dag blijken te hebben gegenereerd: negentien ‘vind-ik-leuks’.

Pauli’s reactie doet mij teruggrijpen naar het artikel op De Standaard Online. Daar lees ik voor het eerst het laatste zinnetje:

‘Enkele uren na zijn eerste tweets kwam Van de Weghe met een verduidelijking.’

Stond dit zinnetje er aanvankelijk niet? Dat valt niet meer te achterhalen. De ‘verduidelijking’ waarvan sprake wordt in elk geval niet geciteerd, daarvoor moet ik naar Van de Weghes tweetpagina. En daar vind ik, opnieuw in twee stappen:

‘Blijkbaar veroorzaakte de analogie die ik maakte met VS ongewild opschudding. Ik stelde journalistieke vraag die blijkbaar gevoelig ligt.’

En:

‘Voor alle duidelijkheid: ik velde geen oordeel, stelde enkel journalistieke vraag die zeker ook in het buitenland leeft. In VS bv not done.’

Pauli’s reactie sorteert op mijn Facebook-pagina gemengde reacties. Velen zijn het nog altijd met mij eens, anderen treden Van de Weghe bij. Iemand begint over de kwaliteit van het VRT-journaal. Vooral het ludieke gebruik van de benaming ‘Mega Maggie’ vindt hij niet kunnen – en ik vind dat hij gelijk heeft. Iemand anders wijst op de gebrekkige interpretatie van Van de Weghes tweets door de steller van het DSO-artikel. Wat mij dan doet denken dat Van de Weghes tweets minstens niet duidelijk waren. Toch besef ik dat Walter Pauli een punt heeft en ik besluit een ootmoedig mea culpa te slaan:

‘@Walter Pauli. Dank je voor je interessante commentaar. Ik besef dat ik te snel heb gereageerd op Tom Van de Weghes onzorgvuldige tweets. Dat ze onzorgvuldig waren, blijkt uit het feit dat hij verduidelijkende tweets nodig had om ze recht te zetten. Pas daaruit bleek ondubbelzinnig dat hij alleen maar een journalistieke vraag had gesteld, geen oordeel, laat staan veroordeling had uitgesproken. Waarvan akte. Maar hij had het meteen positiever kunnen formuleren: “Zoals ze hier in de VS tegenover obese politici staan, is gelukkig in België niet het geval en hopelijk blijft het zo”, of iets van die strekking. - Hij heeft dus niet afgedaan. Oké. Dat ik zo heftig op zijn fout reageerde, was ook ingegeven door het feit dat ik de man zo hoog achtte. Metier, integere standpunten, een betrouwbare uitstraling. Dat heeft nu een deuk(je) gekregen. Ik leer uit dit incident vooral dat de snelle media die onzorgvuldigheid, dus ook bij mij, in de hand werken.’

Deze mildering van mijn standpunt, tevens appreciatie van het zijne, vindt Walter Pauli zelf ‘leuk’. Maar de discussie stopt niet. Integendeel, hij begint pas goed. Ik krijg steun uit de, wat mij betreft, verkeerde hoek. Jan Van Gils stelt:

‘Het feit dat er geen linksen in de centrumrechtse regering zitten steekt zo sterk bij een bepaald soort journaille dat ze gewoon, zonder argumentatie op de man spelen, (in dit geval de vrouw), uit een benepen soort frustratie.’

En Jan Van Duppen, die ik op Facebook al heb leren kennen als een die een privékruistocht onderneemt tegen al wat naar linksigheid neigt:

‘Hoe wanhopig en dom kan je zijn om je aanvallen te richten op een lichaamseigenschap van een politieke tegenstander?’

Ik leid hieruit af dat Tom Van de Weghe een ter linkerzijde te situeren journalist is, die zijn opmerking enkel door politiek chagrijn geïnspireerd op Maggie De Block afvuurde. Zo had ik het in elk geval niet begrepen, maar goed. Sommigen zien nu eenmaal álles door een polariserende bril.

Stilaan beginnen stemmen die, Van de Weghe gelijk gevend, De Blocks geloofwaardigheid in twijfel trekken omdat ze te dik is.

‘Mmmh stel dat Volksgezondheid morgen een campagne tegen obesitas dient te starten...tja van geloofwaardigheid gesproken...’

Dat stelt ene Paul Mc Nicol. Thomas Ducheyne brengt een noodzakelijke nuancering aan – vreemd dat niemand daar eerder op kwam:

‘Misschien toch ook even bij stilstaan dat obesitas ook andere medische oorzaken kan hebben dan puur voeding... Een inactief leven heeft ze toch in elk geval niet...’

En dan wijst Luc Fossaert mij op het feit dat ik Van de Weghe slecht gelezen heb:

‘Pascal, goed gelezen? Hij zegt dat dat in de Verenigde Staten niet mogelijk zou zijn.’

Nu begint het mij te dagen: Van de Weghe stelt niet De Blocks geloofwaardigheid in twijfel! Hij stelt eigenlijk alleen maar dat zij, omdat ze te dik is, in de Verenigde Staten in de problemen zou komen! Ik antwoord:

‘Ja Luc, ik was misleid door de berichtgeving van DS, maar ook door de onduidelijke formulering van zijn eerste twee tweets. Maar in de tweede beweert hij toch dat er een probleem is met de geloofwaardigheid van iemand die te dik is op de post Volksgezondheid. Dat is er voor mij ook over.’

Waarop iemand toch vindt dat er een probleem is met de geloofwaardigheid, en hij maakt de vergelijking met een minister van Milieu die met een Ferrari zou rijden. Daarop antwoord ik dan weer:

‘Met een Ferrari (of Porsche) rijden, is een keuze. Daarom rijdt Segolène Royal, die in Frankrijk minister van Milieu is, met een elektrisch autootje. Maar niemand kiest ervoor obees te zijn. Houd ook rekening, zoals Thomas Ducheyne hierboven opmerkte, met de mogelijkheid dat het echt iets is waar je niet aan kunt doen, van de orde van huidskleur, bijziendheid, geslacht of seksuele voorkeur. En dan wordt de opmerking over geloofwaardigheid toch wel problematisch.’

Volgt u nog?

In het verdere verloop van de discussie meng ik mij niet meer – zeker niet wanneer iemand mijn ironische opmerking over de kaalhoofdigheid van Tom Van de Weghe letterlijk neemt:

‘Wat heeft “kaal zijn” met het gegeven “journalist” te maken? Ik heb zo het gevoel dat u het niet begrepen heeft duidelijk, als deze uitspraak “evenwaardig” zou moeten zijn als de uitspraak van Tom.’

Intussen heeft Tom Van de Weghe zelf een link geplaatst naar zijn uitvoerige ‘verduidelijking’, inmiddels op deredactie.be gepubliceerd onder de titel ‘Met buitenlandse ogen’, een verduidelijking die begint met de zin:

‘Ik betreur de hetze die ontstaan is na mijn tweets van afgelopen zaterdag.’

Met die ‘hetze’ heeft de journalist het uiteraard niet enkel over mijn Facebook-pagina – maar die heeft hij in elk geval wel gezien.

In het artikel, dat prompt door De Standaard Online onder de titel ‘Tom Van de Weghe betreurt ophef over Maggie-tweets’ wordt overgenomen, neemt de journalist duidelijk gas terug: hij zegt enkel te hebben gesignaleerd dat de lichaamsomvang in de Verenigde Staten voor een minister tot een geloofwaardigheidsprobleem zou leiden, en hij adviseert de Vlaamse goegemeente om de blik wat internationaler te richten en er zich van bewust te zijn hoe vanuit het buitenland naar ons land wordt gekeken.

Ik bekijk nog even Van de Weghes tweets die tot deze hele heisa aanleidinig hebben gegeven en kan mij toch niet ontdoen van de indruk dat hij, als hij werkelijk deze boodschap van meet af aan voor ogen had, wat ik niet betwijfel, toch wel zeer onzorgvuldig heeft geformuleerd:

‘Vaststelling 2: België krijgt minister v volksgezondheid die obees is. Kritiek wordt afgedaan als flauwekul, maar wat met geloofwaardigheid?’

Laat het voor iedereen een les zijn:

‘Twitter is met 140 tekens niet bepaald het medium waar ruimte is voor nuance, dat heb ik ondervonden.’

En die ‘ik’ is hier: Tom Van de Weghe zelf, in zijn verduidelijkende mededeling op deredactie.be.