Na vier uur rijden komen we bij de palmenrijke oase
Yotvata, en na nog eens een uur woestijn spring ik overeind in de taxi: na al
dat steen zo blauw en zo van water ligt de Rode Zee voor ons. De zon is juist
onder en het landschap verandert van sekonde tot sekonde. De goudbruine bergen
links van de baai, dat is Transjordanië. De kolossale violette bergen
daarachter, dat is Saoedi-Arabië. De zwarte bergen die rechts van de baai de
helle lucht doorsnijden, dat is Egypte.
Harry Mulisch, De zaak
40/61, 80