donderdag 27 december 2018

van Dale 241-245


241
‘(…) Hier vanuit de kuiten schoten ze als een pijl in de richting van de enkels, en bij haar koten was ze niet dikker dan… wat zal ik eens…’ en hij pakte een els ‘dan deze els (…)’.
Wiesław Myśliwski, De laatste hand, 147

1koot (de; koten) 2 (bij uitbr., thans w.g.) voet, been, poot (meestal in de verb.): fiks, vlug, rap op de koten; (fig.) een werk dat wel op zijn koten staat, een degelijk werk

242
Ze zeiden dat hij in de oorlog een partizaan onderdak had verleend die hier na de oorlog woiwode is geworden.
Wiesław Myśliwski, De laatste hand, 166

woiwode /wɔjwodә/ (de (m.); -n) (eig.) legerhoofd of hertog; – titel van de vroegere stadhouders of gouverneurs; – (thans) titel van de bestuurders van de Poolse provincies

243
De oude deur van dennenhout was scheluw getrokken en gebarsten, hij sloot niet meer goed.
Wiesław Myśliwski, De laatste hand, 185

scheluw (bn.) onregelmatig scheef, m.n. door een ongelijke buiging van hoeken of zijden t.o.v. het platte vlak, syn. scheel; – (timm.) verwrongen, uit het platte vlak gebogen: scheluw hout, door ongelijke krimping gedraaide, scheve planken

244
Bovendien is het comfortabeler bij een kampvuur, je hoeft niet van je plek op te staan en je kunt je zo achter je op je kermisbed laten vallen.
Wiesław Myśliwski, De laatste hand, 190

kermisbed (het) op de vloer gespreid noodbed

245
Een niet al te brede kraag, tot onder de hals dichtgeknoopt, ingenaaide mouwen, bij sommige modellen worden ook raglanmouwen voorgesteld en over het algemeen wat breder, losser.
Wiesław Myśliwski, De laatste hand, 239

raglan /rɑχlan/ (de (m.); -s) overjas of japon waarvan de mouwen met een schuin oplopende naad tussen oksel en hals zijn aangezet en daardoor over de schouder doorlopen tot de halsuitsnijding