zaterdag 1 december 2018

Montaigne 17


I.16. Over het bestraffen van lafheid

Bij het oplossen van de vraag of een militair ter dood kan worden veroordeeld wegens lafheid, moet een onderscheid worden gemaakt ‘tussen fouten die voortkomen uit onze zwakheid en fouten die voortkomen uit onze slechtheid’. In het tweede geval worden de fouten willens nillens gemaakt tegen het geweten en de redelijkheid in. In het eerste geval zou je de verantwoordelijkheid op de natuur kunnen afschuiven, omdat de ‘schuldige’ het ook niet kan helpen dat hij nu eenmaal zo is. Hoe dan ook, in het geval van lafheid lijkt ‘schande en schaamte’ een adequate bestraffing of dan toch in elk geval een betere dan de doodstraf aangezien je kunt hopen dat pek en veren bij de laffe persoon een pedagogisch effect kunnen hebben: bij een volgende gelegenheid zal hij zich allicht die vernedering herinneren en zich misschien moediger gedragen.