Het is wel wat, zo’n privéstek om naar het aanstormende
golvengeweld te kijken. Het geraas van de wind, het water dat op de keien
ratelt en terug de zee in schuimt, het algenschuim dat je in alle stilte rond
de oren raast – en dan maar vertellen aan je jongste op de arm over schippers
die nooit zijn teruggekeerd, de avonturiers die in een vorige eeuw de oversteek
waagden, de zee die haar geheimen niet prijsgeeft, het leven dat hieruit is
voortgekomen. Een verstild moment, iets groots.