Paddestoelen fotograferen in het herfstbos – dat is nu iets
wat ik, persoonlijk, nooit zou doen:
paddestoelenfoto’s zijn er al genoeg. Foto’s van fotograferende
paddestoelenfotografen daarentegen zijn er veel minder. Ik mag ze wel, die
mannen (altijd mannen!) die zich vooroverbuigen en focussen op de infieme
wonderen der natuur. Maar ik zie vooral hun onbevangenheid, hun zorgeloosheid,
hun jongensachtige belangstelling. Mijn plaatje is ruimer: ik zie niet wat zij
zien (gun dat hoogstens een welwillende blik maar geen pellicule) maar dát zij
het zien, en hoe. Paddestoelen zijn best mooi, hoor, maar dat maakt ze niet het
fotograferen waard. Ik kan niets aan ze toevoegen, ze staan er altijd in
dezelfde houding. Ze groeien en vergaan, maar zonder dat zij de hoop op
voortbestaan uitstralen.