vrijdag 2 november 2012

los ingeslagen 34

27 september 2012

Ik heb zoveel niet kunnen vastleggen vandaag: de geur van een rokende vrouw die me kruiste op het voetpad, rook en parfum; de jongeman, gevat onder een capuchon, die zichzelf in de tunnel van de Boeveriepoort voorlangs het bijna weggesleten opschrift ‘VLAANDEREN ONAFHANKELIJK’ sleepte; de blik van de man die tegenover me in de trein een partituur instudeerde; B., terwijl hij op het werk een duif bevrijdde die niet meer door het traliewerk voor een van onze souterrainramen naar de open ruimte kon terugkeren; ook op het werk: de lacherige klas twaalf- of veertienjarigen die op het trottoir voor het raam met groot jolijt voorbijmarcheerde en een van ons die rechtveerde en luid sprak: ‘Lach maar, nu het nog kan! Binnen een jaar of tien zitten jullie hier ook!’ Ik was het die dat zei, en we konden er allemaal goed om lachen. En, ’s avonds op weg naar huis, het waterhoentje dat op de vlucht sloeg voor een al te opdringerige kauw. En nog veel meer, en nog veel meer.