donderdag 17 mei 2012

schrikkel 132b

De kauw en de zwaan: het zou een fabel kunnen zijn van La Fontaine. Of van Toon Tellegen of Anton Koolhaas – maar ik ken die fabels en dierenverhalen niet. Ik heb het eigenlijk nooit voor dat genre gehad.
Maar goed. Het nieuwe voorjaar, hoe koud en miezerig het ook moge geweest zijn en nog altijd is, heeft op het Stil Ende weer enkele zwanenbroedsels opgeleverd. De Stedelijke Groendienst steekt een handje toe. Nestbouwmateriaal wordt aangereikt, en als er genest wordt, staat er steevast een schoteltje met verse maïskorrels klaar. Strategisch opgesteld, zodat de zwaan die aan het broeden is er, halsreikend, bij kan zonder te moeten opstaan.


Nu zijn van dit achter de paplaurieren geïnstalleerde nest de jongen al uitgekomen, maar het bord met eten is blijven staan – en ook andere soorten hebben er het genot van, blijkbaar. Ik weet dat wat ik nu schrijf niet berust op een indrukwekkende ornithologische observatie maar toch: ik heb niet de indruk dat vader of moeder zwaan het echt ziet zitten dat zijn, of haar, korreltjes worden weggekauwd.