We reden met de bleekblauwe Kever naar het dierenpark
in Tüddern, Duitsland, vlakbij het Nederlandse Sittard. Ik weet niet meer of
dat in dezelfde zomer was als de Touretappeaankomst in Maastricht. In elk
geval: of dat verre kleinkind hem nu interesseerde of niet, mijn grootvader
getroostte zich blijkbaar toch enige moeite om mij en mijn neefjes – want die
waren ook nu weer van de partij – enig vermaak aan te bieden. Of misschien was
hij gewoon blij dat hij even samen met enkele van zijn nazaten de verstikkende
sfeer van de kleine alleenstaande villa op het langwerpige perceel in
Stokkem-Lanklaar kon verlaten: bonne
maman ging in elk geval niet mee ‘op safari’.
Dierenparken, of safariparken,
waren in die tijd nog geen gecontesteerde attractie.29 De zoo van Tüddern ging
prat op zijn in halve vrijheid rondkuierende tijgers en leeuwen. Je mocht met
de auto door een deel van het park rijden. Dan kon het gebeuren dat er apen op
de motorkap sprongen – of in het geval van een Volkswagen Kever op de
bagageruimtekap want de motor stak achterin, achter een onooglijk bijna
verticaal aflopend klepje waarop ook de behendigste aap geen houvast zou weten
te vinden. Als de apen op de auto sprongen, was het zaak om op tijd alle
ruitjes dicht te draaien of te klappen want voor je het goed en wel besefte
gingen die beesten met je spullen aan de haal: de Sint-Kristoffel die met een
magneet op het dashboard was bevestigd of de blauwe parkeerschijf uit het in de
deur ingewerkte opbergvak.
Voor dergelijke wederrechtelijke maar niet te
bestraffen want door dieren begane vergrijpen werden alle bezoekers bij de
ingang gewaarschuwd. Maar het gebeurde natuurlijk niet: apen op de auto. Zoals
er nooit herten opduiken in bossen waar verkeersborden voor herten waarschuwen.
Hoezeer ik het ook wilde, de apen, die we wel degelijk te zien kregen, bleven
lamlendig en vadsig in gindse bomen hangen. Overigens herinner ik me niet vrij
rondlopende tijgers en leeuwen te hebben gezien in Tüddern. Wel in de kooien,
waar je je dus ook aan kon vergapen. Maar daarvoor moest je uit de auto. Die
lieten we achter op de parking. Daaraan heb ik dan nog de levendigste herinnering
aan mijn passage in Tüddern te danken. Het was erg heet die dag, en op de
parking was er geen schaduw. Toen we een paar uur later terug instapten, ging
ik, uiteraard in korte broek, op de achterbank zitten. Dat bekwam mij slecht.
Ik veerde meteen recht: het oververhitte skai had de achterkant van mijn
dijbenen geschroeid. De thermometer die voorin achter het witte bakelieten
stuur naast de beschermheilige op het dashboard was bevestigd, wees 54 graden
aan.
29 Safariland (of Löwenpark) Tüddern, grondgebied Selfkant, werd geopend
in 1968 en gesloten in 1990: https://en.wikipedia.org/wiki/Tuddern_safari_park
(wordt vervolgd)
Lees hier
LVO vanaf het begin