131 – Meer dan een verhaal vertelt John Williams in Niets dan de nacht (zijn debuut, 1948) een sfeer. Kan dat, een sfeer vertellen? Ja, dat kan. Zeker in dit geval, waarbij die sfeer zo verweven is met tal van situaties die zich in een halve duisternis afspelen, glimmende straatkeien, fraai getekende limousines, halfblote avondjurken, gleufhoeden, kringelende rook van sigaretten… Een hardnekkig herhaalde melodie zwelt op de achtergrond onheilspellend aan… We herkennen die sfeer want hij is in ons collectief geheugen gestanst door de film noir en het rolkraagtruien-existentialisme van de Rive Gauche. Een jongeman – hij heet in het boek Arthur Maxley, maar dat doet er eigenlijk niet toe – stuit op zijn eenzaamheid en op het gevoel dat alles absurd is, op het inzicht dat de dingen niets meer betekenen, dat de woorden onbegrijpelijke etiketten worden die niet meer passen op de dingen die ze aanduiden. (De beroemde scène uit het lang geleden gelezen Walging van Jean-Paul Sartre – zo’n boek lees je maar één keer – komt me voor de geest, waarin, hoe heet hij ook weer – Roquentin? – versuft naar een absurde, half uit de grond stekende boomwortel zit te staren.) Onze jongeman laat zich af- en meeglijden naar en op de grootstedelijke onderstroom van jazzpianisten en nachtbars en foutgelopen dames. Iets onvermijdelijks staat te gebeuren. Droom en drank bereiden het onwaarschijnlijke voor – ze maken het waarschijnlijk. Het onvermijdelijke wordt onherroepelijk, je kunt het als lezer geen halt toeroepen… Het heeft te maken met iets onvermijdelijks en onherroepelijks uit het verleden… Iets wat zich herhaalt, iets dat moet gewroken worden… Iets levenverwoestends dat opnieuw, in een infernale cirkel gevat, een leven verwoest…
Niets dan de nacht
is een geur, een wolk, iets efemeers. Je leest het en je komt aan het eind en
je denkt, ik zou eigenlijk opnieuw moeten beginnen, mij er opnieuw door laten
omvatten. Maar nu, nu wil ik mij vooral de schitterende passages herinneren, de
meesterlijke sfeerbeschrijvingen: het kind dat te slapen wordt gelegd, de
pijnlijke stilte in een conversatie tussen vader en zoon, de luide jazz in een
bar en de drank die zijn werk doet…