‘Hij heeft alles meegenomen: de slaapkamer, de kleerkast met
alle kleren erin, de lakens en dekens, de kinderen en het speelgoed van de
kinderen, hun computers, het tapijt op de overloop, het kampeermateriaal, de
zithoek, de televisie en de geluidsinstallatie en de cd’s en lp’s van toen we
nog cd’s en lp’s kochten, het servies dat ik nog van mijn grootmoeder heb
geërfd, de hele inhoud van de keuken, ook alle machines en proviand, de
buffetkast, de eettafel en de stoelen, de fietsen en de auto, de grasmachine,
de fotoalbums, de kookboeken, de hele bibliotheek. Zelfs ons trouwboekje. Hij
heeft het hele huis gestript en wat blijft er van over? De naakte waarheid, een
eeuwige leugen.’