Het is een prachtig toestel, dat ik veel te weinig gebruik.
Het weegt met al dat staal nogal zwaar, maar het heeft een evident
gebruiksgemak. Je hebt echt nog het gevoel dat je iets máákt als je ermee werkt.
Het gekke is dat ik nu niet meer weet waar ik het kocht – ik denk in Nantes,
een jaar of vijf geleden. In een winkel die er prat op ging de grootste
analogefotografiewinkel van West-Frankrijk te zijn (wat allicht niet moeilijk
is aangezien er ongetwijfeld ook toen al niet heel erg veel analogefotografiewinkels meer waren tussen Parijs en de Atlantische kust). Ik heb er nog maar een paar
rolletjes mee geschoten, maar dat zal beslist méér worden: ik voel het! Wij
moeten dit erfgoed behoeden voor totale verdwijning. Iedereen die nu zonder
verpinken honderd digitale beelden per uur ‘maakt’, moet minstens één keer zo’n
Minolta in handen hebben gehad. Om te wéten wat hij nu eigenlijk doet. Om van het
uitstel te proeven, van het niet meteen een resultaat kunnen zien op het
schermpje achteraan (dat er niet is), van het vrede nemen met het mentale beeld
en van het bijhorende verlangen naar wat het uiteindelijk zal blijken te zijn
geworden. Maar de goede fotograaf heeft daar wel een idee van, denk ik. Die kan
dat uitstel wel aan.