Mijn
boekenliefde heeft een materiële zijde en daarover bericht ik in van boeken bezeten.
Onder boek is
te vinden wat ik, na of tijdens mijn lectuur, over die boeken schrijf: van
losse opmerkingen tot volwaardige recensies. Mijn lectuurlijst wordt door
toeval en associaties bepaald - daarvan is een weerslag te vinden in de rubriek
laatste rechte lijn. In boeken vind ik regelmatig
plaatsen waarin wolken
of pauwenveren
ter sprake worden gebracht. Ook voor passages waar in dezelfde zin of alinea
onze nationale driekleur
zichtbaar wordt, heb ik een boontje. De simultane lectuur van verschillende
boeken leidt soms tot het vinden van een parallel.
Op bepaalde boeken ga ik grondig in, bijvoorbeeld De gebroeders Karamazov,
De Toverberg,
Anna Karenina, de essays van Montaigne.
Onder de zeer toepasselijke titel rechercheur
houd ik een aparte blog bij waarop ik leesverslagen opsla die ik schrijf bij
het lezen van Prousts Recherche.
Af en
toe, om te oefenen, vertaal ik een stukje uit het boek Microfictions
van Régis Jauffret.
Maar ik
schrijf ook over wat ik zie gebeuren in de maatschappij
of de politiek,
of in de media,
of in verband met het milieu.
Ik heb het niet zo voor reclame, dat is te merken aan de bijdragen aan de
rubriek antireclame.
Film
vormt ook een belangrijk bestanddeel van deze blog.
Soms houd
ik een dagboek bij. Daarin is niet alles geschikt om op deze blog een plaats te
krijgen, vandaar een rubriek gecensureerd
dagboek. De tot een bepaalde periode gelimiteerde reeksen dagen van verhoogde
helderheid en concentratie, schrikkeljaar 2012
(een dagelijkse bijdrage met telkens een combinatie van woord en beeld), 54, tour
(over mijn fietsreis in Frankrijk, 2014 – samengevat in een apart stuk),
de zomer van 2016,
de herfst van 2016,
fietsreis 2016
(door Duitsland tot in Polen), de winter van 2017,
de lente van 2017
en de zomer van 2017 zijn ook dagboekachtig. Hetzelfde geldt
voor de herfst van 2017 en de winter van 2018. En voor de notities over mijn fietsreis naar Praag en terug in 2019: Praag 2019. De
rubriek los ingeslagen
is een buitenbeentje omdat het voor mij op een bepaald ogenblik ook niet meer
duidelijk was wat ik daarin onderbracht: losse invallen of autobiografische
notities. Die laatste zijn er in elk geval onder de noemer autobiografie. Vanaf 1 september 2019 breng ik deze en andere autobiografische notities samen onder de rubriek LVO, een afkorting die staat voor Het leven als voorlopige oplossing, wat, mocht ik ze ooit publiceren, de titel van mijn memoires zou kunnen zijn. Een apart hoofdstuk vormt het twee maanden durende verblijf in het ziekenhuis in de zomer van 2018. De ervaringen die ik daar heb opgedaan zijn gebundeld in de rubriek intensieve zorgen. De rubriek ferroviair
bevat treinanekdotes, door mij in mijn hoedanigheid van forens waargenomen. In
de jaren 1994-1996 schreef ik cursiefjes voor de krant De Standaard – ik heb ze hier opgevist onder de noemer ampersand.
Leuke zinnetjes en pseudowijsheden die nergens anders een plaats vonden, vang
ik op in de rubriek de wijsheden van pippo cornetto.
Ik leer er zelf ook nog van. Evengoed losse flodders zijn de observaties die
een onderdak vonden in de rubriek idiosyncratisch.
De bijdragen tot 100 woorden
zijn in een schrijfoefening gegoten observaties. Af en toe ontstaat een tekst
als brief.
Soms krijgen deze brieven, uiteraard, indien dat nodig was, na instemming van
de geadresseerde, een plaats op deze blog. Een subcategorie hierin vormen de brieven naar bunnik,
naar mijn gewaardeerde blogbroeder JWL. Een andere blog die
ik zeer regelmatig volg, is die van Martin Pulaski.
Mijn
dromen – onder droom –
hoef ik niet te censureren want dat doen ze zelf, zoals we van de Grote
Tovenaar uit Wenen weten. Een aparte rubriek vormen de lemmata van mijn woordenboek.
Ik heb daarin bijna de letter A afgewerkt. In de rubriek mijn eigen namen
behandel ik op gelijkaardige wijze personen of plaatsen die voor mij belangrijk
zijn. Onder poëzie
bewaar ik teksten over poëzie, alsook mijn eigen pogingen daartoe, onder meer
de reeks 100 voorwerpen,
die is opgehangen aan een boek waarin honderd objecten uit het British Museum
de kapstok vormen voor een wereldgeschiedenis, en ook 5x2x7, een reeks gedichtjes die bestaan uit vijf strofes van twee, telkens zeven lettergrepen tellende regels. Onder archief,
de naam zegt het zelf, plaats ik oude teksten die vaak enkel in analoge vorm
beschikbaar zijn voor mezelf en, voor zover ze ooit gepubliceerd werden,
eventueel ook in stoffige predigitale bibliotheken. Met de reeks afscheid van mijn
digitaal bestaan heb ik een begin gemaakt met het afstoffen van wat
ik dan maar ‘hoogtepunten’ van deze blog zal noemen.
Ik heb
een zwak voor lijstjes,
onder meer de boodschappenlijstjes die worden achtergelaten op de karretjes van
het warenhuis. Leuk om in te scannen: winkelwagenblues.
Mijn
fotografie heeft al tot verschillende reeksen aanleiding gegeven, onder meer vandaag gezien,
het al vermelde schrikkeljaar 2012,
13 in z/w
(één zwart-witfoto voor elke dag van 2013), instagram
met een reeks van 365 telefoonfoto’s, de dingen,
analoog,
lezers
(foto’s van mensen die een boek lezen), niet opgenomen
handschoenen, exotische siertuinbomen (Araucaria araucana), een soort van zelfportretten (mirage),
stad en ommeland
(over het groen in mijn woonplaats Brugge en omstreken). Die laatste foto’s
zijn vaak gemaakt tijdens mijn fietsritjes. De fietsrubriek
heb ik in de loop der jaren op verschillende manieren ingevuld: met kaartjes,
impressies en zelfs playlists van wat mijn iPod mij voorschotelde. Over muziek schrijven,
overigens, vind ik moeilijk, ik doe het dan ook niet vaak.
In de
rubriek terugblik
evalueer ik van op afstand foto’s die ik lang geleden maakte. De noemer woord in beeld
vraagt aandacht voor foto’s waarin – inderdaad – tekst een rol speelt.
Soms
schrijf ik ook iets over fotografie
of over één markante foto: ingeprent.
En over architectuur
en beeldende kunst.
Mijn eigen tekeningen – getekend
– vallen daar niet onder. Mijn videofilmpjes
ook niet. De reeks de kunst van het
kijken is ingegeven door een gelijknamig boek over hoogtepunten in
de geschiedenis van de laat-negentiende- en twintigste-eeuwse schilderkunst.
In enkele
afzonderlijke teksten, waaraan ik veel belang hecht en die ik daarom hier nog
apart vernoem, reflecteer ik op mijn activiteiten als leesclubbegeleider
(hier is een lijst te
vinden van alle boeken die daar aan bod kwamen, met links naar teksten die ik
erover schreef), op deze blog (in een in 2008 afgenomen interview)
en ook op mijn gebruik van Facebook.
Deze
linkenlijst is niet exhaustief (sommige rubrieken slapen of zijn effenaf dood),
en er is ook nog een zoekfunctie: links in de Blogger-taakbalk bovenaan deze
pagina.