maandag 15 februari 2016

vierenvijftig 127


8 februari 2016

maandag

© rr
Meer dan 1750 keer werd mijn tekst over Mount Olympus van Jan Fabre bezocht. Niet iedereen zal zich de moeite hebben getroost om hem helemaal door te nemen, maar hij zal toch een paar honderd keer effectief zijn gelezen. En er kwamen ook heel wat reacties op.

Ik heb blijkbaar een gevoelige snaar aangeraakt. Veel mensen, waaronder niet van de minsten in het Vlaamse culturele landschap, treden mij bij. Enkele Fabrefans – twee van hen zijn de partner/echtgenote van schrijvers die tot de inner circle van de grote kunstenaar behoren – vinden dat ik geen recht van spreken heb omdat ik niet de volledige voorstelling live heb bijgewoond. Maar zij zien over het hoofd dat ik niet in eerste instantie op die voorstelling kritiek heb, ik heb enkel bedenkingen bij de receptie ervan, hoe die klaarblijkelijk toch in hoge mate sociologisch te duiden valt. (En afgezien daarvan ga ik er toch van uit dat Mount Olympus als voorstelling zo uitgesproken is dat je je er wel degelijk ook na het bekijken van slechts een klein deel (een achtste van de volledige duur) een oordeel over kunt beginnen te vormen. Als dit oordeel met de nodige voorzichtigheid wordt geformuleerd, wat ik heb gedaan, dan kom je daar zeker mee weg.)

Maar goed. Minder leuk is dat enkele lezers van de reageermogelijkheid gebruik maken om onderling uitstaande rekeningen te vereffenen. Een weinig verheffend spektakel is dat. Tussen sommigen staan de gemoederen duidelijk op scherp en de kunst van Fabre verzacht hier zeker de zeden niet – veeleer integendeel.

Een bedenking terzijde, en een die zeer nadrukkelijk van zichzelf stelt maar een bedenking te zijn en niet een sacrosancte waarheid: zou het kunnen dat er een parallel te trekken valt tussen de politieke polarisering die op Facebook zeer nadrukkelijk waar te nemen valt, en de culturele polarisering die blijkbaar ook bestaat, in casu met betrekking tot datgene waarover ik het in mijn tekst over Mount Olympus had? In dat geval zouden de cultuurliefhebbers die nu – in mijn ogen – wat kritiekloos achter het exploot van Jan Fabre gaan staan en zich op de borst kloppen dat ze die volle 24 uur hebben uitgezeten en daarbij werkelijk tot schier orgiastische extase zijn gekomen – ja, het is werkelijk een grensverleggende ervaring, ‘er is een leven voor en er is een leven ná Mount Olympus’ – zou het kunnen dat die mensen ook in het politieke spectrum meer ter linkerzijde te situeren zijn, terwijl diegenen die er wat meer reserves bij formuleren, en zeker diegenen die er faliekant tegen zijn, zich op de politieke schaal meer in het midden c.q. ter rechterzijde ophouden? Het is, ik herhaal het voor alle veiligheid, maar een bedenking. Of eerder een vraag. En als het antwoord op die vraag positief zou zijn, wat ik dus niet weet, dan volgt een volgende vraag, namelijk hoe dat dan zou kunnen verklaard worden. Is het antwoord op mijn vraag echter negatief en valt er helemaal geen parallel te trekken tussen politieke en culturele polarisering, wat ik eigenlijk hoop, dan vervalt alles en spreken we er niet meer over. ¶