©
vrt
|
27 oktober 2015
dinsdag
Midden in de nacht, ik ben tijdens een slaappauze in Joost
de Vries’ Vechtmemoires aan het
lezen, over hoe de grootvader van de auteur zeer gesteld was op decorum en
stijlvolle aankleding, en er altijd verzorgd bijliep en beheersing hoog in het
vaandel voerde: ‘Hij had regels voor zichzelf, zoals elke volwassen man regels
voor zichzelf hoort te hebben’ – en ik ben net aan het overdenken in welke mate
deze maxime in mijn leven een rol speelt, wanneer, uitgerekend op dat ogenblik,
ik op straat een mannenstem luid hoor roepen, brullen eigenlijk, en nog eens,
en een beetje later nog eens. Het is niet duidelijk wat hij roept, ik beeld me
in dat hij zich tot een raam op een tweede of derde verdieping richt waarachter
nog licht brandt, of juist helemaal geen licht meer brandt, en het zijn zeker
geen lieve woordjes – al schemert er toch ook iets van wanhoop in door, en in
elk geval een flinke alcoholische beneveling. ¶ De afbraak van de sociale verworvenheden
en het middenveld wordt volop voortgezet. De rechtse partijen grijpen enkele
stakingsincidenten van vorige week aan om te beknibbelen op het stakingsrecht;
nu stellen de Vlaams-nationalistische slippendragers van VOKA weer voor om de
fiscale voordelen die verbonden zijn met het gesyndiceerd zijn terug te
schroeven. En daarnaast zijn er de roekeloze acties van telkens een minderheid
van de werknemers bij de NMBS en bij bPost waardoor de antisociale rechterzijde
de kans schoon ziet om de sociale beveiliging te attaqueren met eisen van
minimumdienstverlening en dergelijke. Stuk voor stuk voorstellen en
ballonnetjes die tot voor enkele jaren meteen op verontwaardiging en actie
zouden zijn gestuit, maar nu passeert het schijnbaar moeiteloos. ¶ Wilfried
Vandaele mag voor de N-VA op tv komen uitleggen waarom zijn partij het na zes
(!) jaar onderhandelen moeizaam tot stand gekomen klimaatakkoord tussen de
gewesten van dit land al meteen verwerpt. Hij doet als een trouwe partijsoldaat
die in de vuurlinie naar voren wordt gestuurd zijn best maar kan naar mijn
aanvoelen nauwelijks verhullen dat hij het zich al lang heeft beklaagd dat hij blijkt
te zijn vastgeroest in een partij die indruist tegen zowat alle opvattingen over
sociaal samenleven en milieubehoud die hij zelf, als persoon, aanhangt.
Vluchten kan niet meer. De enige schaamlap die hij zichzelf kan voorhouden is
dat hij misschien ertoe kan bijdragen dat hij vanuit de macht, die zijn partij
bezet, méér voor het milieu kan doen dan zou mogelijk zijn indien hij in een
oppositiepartij zou zitten – maar daar komt helaas voorlopig niet veel van in
huis. ¶