wolkenfragmenten
uit Julian Barnes, Polsslag
1502
Hij dacht aan het niet bij machte zijn
om de wind te controleren en steeds hoger de wolken in te worden
gedreven, aan neerkomen in onbekend gebied, aan verdwalen en angstig worden en
in je broek pissen. (114)
1503
Ze vlogen bijna een uur net boven het
afwisselende wolkenlandschap. (138)
1504
De wolken hingen laag, de windzak
onbeweeglijk. (145)
1505
In de omhullende wolken dacht hij
aan huwelijkslijnen en knopen; aan scheermessen en eilandseks; aan ontbrekende
jonge stiertjes en tot lampolie verwerkte stormvogels; en toen kwamen eindelijk
de tranen. (145-146)