vrijdag 12 oktober 2018

Montaigne 8


I.7. Beoordeel onze handelingen naar onze bedoeling

Sommigen achten zich door hun nakende dood ontslagen van beloften die zij hebben gemaakt en geven nog snel de opdracht het omgekeerde te doen van wat zij hebben beloofd. Dat deugt niet, zegt M. Niet alleen is dat wachten op de dood om gedane zaken ongedaan te maken in het geval van onrecht niet goed te praten, het geschiedt bovendien ‘op een wijze die hun zowel emotioneel als materieel zeer weinig kost’. Als ze het vroeger zouden doen, zou het hun moeilijker vallen, maar dan zou ook ‘hun voldoening erover terecht en welverdiend’ zijn. Boetedoening is niets waard als zij de boetvaardige geen moeite kost – ook al wordt ze gedaan bij het uitblazen van diens laatste adem. Erger nog is het wanneer de stervende zijn onuitgesproken haat opspaart tot zijn laatste ademtocht. ‘Het zijn onbillijke rechters die wachten met oordelen tot de zaak buiten hun competentie valt.’ Je moet de dingen waarvan je vindt dat ze moeten worden gezegd, bij leven en welzijn zeggen.