2 april 2006
Eugène Atget, Rue du Maure, entrée du passage de la Réunion, 3e, 1908 |
Een straat in sepia, Parijs, de vorige eeuwwisseling. 1908,
om precies te zijn. Schaduwlijnen en perspectief trekken compositorisch
aantrekkelijke diagonalen. De langzame curve van het trottoir waarop wij staan
voert, achter de rechte hoek van de tegenoverliggende straatboord, naar een
silhouet op de hoek. In de half geopende poort staat een tweede persoon. Een
man, een vrouw met een snor? Is het de ketellapper, de chaudronnier van de chaudronnerie,
zoals op het stuk gevel boven de poort in kapitalen staat geafficheerd (meer
letters dan foto’s toen, in het straatbeeld)? Hé, daar staat nog een derde
persoon: in het open raam onder het opschrift. Nooit gedacht, bij de eerste
blik op deze foto, dat hier drie personen op zouden staan. De geheimzinnige
figuur in het verdwijnpunt, de manvrouw met de hand op de heup, de beschaduwde
gestalte in het raam: ze geven de voorstelling iets geheimzinnigs, iets
dreigends. Eugène Atget zag veel méér dan het gewone in een gewoon straatje.