dinsdag 9 januari 2018

de laatste boom 15



lees hier vanaf het begin: de laatste boom 1

De ideologen van Groen lijken zich bewust van de problemen en stellen radicalere vragen. Onze rijkdom is er ten koste van een zwaar ecologisch deficit waarmee wij zelf meestal niet rechtstreeks worden geconfronteerd. De mogelijkheden om eraan te verhelpen worden tegengehouden door de patentenindustrie en de economischewinstobsessie. Maar de groene antwoorden zijn niet radicaal genoeg. De groene ideologen bepleiten een deel- en/of kringloopeconomie 'als centrale hefboom voor een transitie uit de koolstofverslaafde samenleving'. En 'openkennisnetwerken'. Kleinschalige ondernemingen, deeleconomie, commons en repaircafés zullen volgens hen de transitie bewerkstelligen. De korteketenlandbouw zal de catastrofale kapitalistische agro-voedselindustrie verdringen.

Dat laatste kan geen enkele groene ideoloog hardmaken. Niemand weet hoe de concentratie van productie en landbouwgronden, de almacht van veevoederbedrijven en de verschraling van geindustrialiseerde monoculturen, waarin voor keuterboertjes allang geen plaats meer is, kan worden gekeerd. De groene ideologen geloven op een vage, niet gegronde, manier dat de transitie, 'de structurele omslag er vrijwel vanzelf zal komen'. Zij houden onvoldoende rekening met de 'cruciale vragen over macht' en geven zo 'de grote financieel-economische groepen vrij spel om de staat en internationale organisaties te koloniseren en hen in te zetten om hun dominantie te continueren'. De alternatieven die de transitiedenkers aanreiken vormen niet veel meer dan een 'feelgoodboodschap', een 'naïef optimisme'. Zeker als ze beginnen te rekenen op de zin voor morele verantwoordelijkheid van bedrijven. Het volstaat om een blik op de farmaceutische industrie te werpen om het onzinnige van een dergelijke verwachting in te zien. Als de ontwikkeling van geneesmiddelen die miljoenen mensenlevens kunnen redden niet rendabel is, komt ze er niet.