Een bouwvergunningaanvraag, een wegsleepwaarschuwing, afbladderende verf en vuile ruiten waarin zich een volmaaktere wereld weerspiegelt. Daaronder een kozijn waarin naar een vers van gelukstroubadour Herman van Veen in frivool krols-krullende en hemelsblauw ingekleurde kapitalen voor de eeuwigheid gebeiteld staat dat dit hun huis was, dat ze daar woonden en, ja, het was niets minder dan de hemel. Een zelfverzekerde droom in steen verankerd; het huwelijk als hoeksteen om op te bouwen, als onwrikbaar fundament. Maar de spatiëring kon beter. Benieuwd wat de volgende bewoner van dit pand – de vorige konden deze vensterbank niet meenemen – met deze dwingende boodschap zal aanvangen.
210412