190501
(…) *
190502
(…) * (…)
*
190503
Nog maar
net heb ik uit mijn blog een tekst
opgevist over een in Ryckevelde gemaakte foto, waarin ik het heb over hoe
eenzelfde plaats in het bos telkens op een andere manier kan worden
waargenomen: ‘Ryckevelde is niet zo groot, nauwelijks twee vierkante kilometer,
maar doordat ik nooit hetzelfde traject aflegde en er op verschillende
tijdstippen van de dag, in alle seizoenen en onder alle mogelijke
weersomstandigheden kwam, liet het zich nooit op dezelfde manier aan mij zien.’
– of ik lees in David Le Breton, Ode aan het wandelen deze zin: ‘Elke
fysieke omgeving geeft uitdrukking aan een waaier van gevoelens, afhankelijk
van wie haar benadert en de stemming van het moment. Elke plek draagt het
vermogen in zich om te blijven verrassen. Vandaar dat een landschap of een stad
zich nooit volledig laat kennen. Je krijgt er nooit genoeg van. Er valt altijd
wel iets te beleven.’ (66) * Verzoening van Philippe Besson (…) bestaat
uit brieven die door Louise, een afgewezen vrouw, vanuit verschillende steden
(Havana, New York, Venetië, Parijs en onderweg in de Oriënt Express) zijn
geschreven aan de man die haar heeft verlaten. Besson leeft zich in in de
vrouwelijke psychologie en bestrijkt een hele waaier emoties, van verbittering
over kwaadheid tot uiteindelijk berusting. De verzoening uit de titel (die een
wel erg vrije vertaling is door Martine Woudt van Se résoudre aux adieux)
komt er wanneer Louise een nieuwe vriend heeft gevonden. Dan verandert ook de
toon. Niet dat die larmoyant was, maar dan toch in hoge mate verdrietig –
terwijl er nu een soort van triomfalisme binnensluipt: als je denkt dat ik je
echt zo nodig had als ik het je voortdurend heb beschreven, heb je het mis want
ik trek nu wel weer mijn eigen streng. Ik weet niet of Besson het zo bedoeld
heeft, maar op die manier sluipt er wel erg veel kleinmenselijkheid in zijn
roman binnen – ik weet niet of zijn poging om zich in te leven in de psyche van
een vrouw op die manier bijdraagt aan de vrede tussen de seksen in die zoete
oorlog die het minnen dan heet te zijn. Overigens staan er in het boek wel
behartenswaardige proposities over de liefde in het bijzonder en de relaties,
of de verschillen, tussen man en vrouw in het algemeen. Bijvoorbeeld: ‘Het is
dezelfde alledaagsheid, die waardoor de meest solide stellen worden gevormd.’
(45) Of: ‘Moet je per se de heftigste vijandigheid voelen ten aanzien van
degenen van wie je verliest?’ (56) Of: ‘Het was 8 april, er wordt beweerd dat
vrouwen veel beter data onthouden dan mannen, dat klopt.’ (65) En, ten slotte:
‘De tijd die verstrijkt en ons van elkaar verwijdert.’ (129) *