AUTOLOZE ZONDAG
Ik herinner mij
de autoloze zondagen van het begin van de jaren zeventig. Ik besefte toen uiteraard
niet welke iconische kracht ervan zou uitgaan. Ik was een kind, toen. Pas later
zou ik begrijpen wat er was gebeurd en wat het betekende.
In historische
overzichten van die tijd, of in een televisieprogramma zoals De Pré Historie, in de aflevering over
die jaren, zag je steeds diezelfde beelden van lege snelwegen opduiken en van
kinderen die rolschaatsen op een ringlaan.
Ik heb het altijd
prettig gevonden om naar De Pré Historie
te kijken. (Wordt dat programma nog uitgezonden? Ik weet het niet.) Guy De Pré beantwoordde
met zijn formule aan de wijdverbreide behoefte aan nostalgie: hij mengde de
muziek van een bepaald jaar, dat intussen al was teruggedrongen tot het verre
collectieve geheugen van zijn doelpubliek, met markante items uit de journaals
van die dagen en verkreeg op die manier een aangename mix van entertainment en
documentaire. De saus was natuurlijk het ‘Waar is de tijd?’-sentiment. En zo
kregen we in de afleveringen over het oliecrisisjaar 1973 onvermijdelijk die
iconische beelden van autostrades die helemaal leeg waren tot aan het
verdwijnpunt in de verte en nog een eind daar voorbij, met een soundtrack van
Mud, The Rubettes, de nog jonge David Bowie, Gerard Cox die zingt over een
zomer die alweer voorbij is…
Ik sla aan het twijfelen.
Zijn het deze béélden die ik mij herinner? Of heb ik dan toch zelf die lege
straten gezien? Mijn ouders hebben vast niet de reflex gehad om mij mee te
nemen op een wandeling om mij het unieke van deze dag te laten beleven – zo’n
dingen deden ze niet, ik zou dat pas veel later niet evident vinden. Als ik
echt diep in mijn geringe voorraad herinneringen graaf, dan kom ik tot het
dicht tegen een ontnuchterende vaststelling aanleunende vermoeden dat ik me
helemaal niet die autoloze zondag herinner, neen, dat het enige wat ik mij
ervan herinner het met die televisiebeelden opgesmukte feit is dat er zoiets als een autoloze zondag is geweest.
Ik ben maar op
een halve manier getuige geweest van dat historische feit, van die eerste niet
langer te negeren manifestatie van kwetsbaarheid waaraan het onvoorwaardelijke
vertrouwen in de vooruitgang, dat ook mijn kindertijd grondig heeft beïnvloed,
werd blootgesteld.