Ik heb een deel van de voormiddag geïnvesteerd in een
discussie op Facebook (hier
in zijn quasi volledigheid na te lezen) met enkele lieden die duidelijk een
andere politieke overtuiging toegedaan zijn. Ik vond dat aanvankelijk
interessant – ik word te vaak alleen maar ‘geleukt’ en van een tegensprekelijk
debat is zelden sprake. Ik ging in op een op zich nog vriendelijke eerste opmerking,
maar beging de onvoorzichtigheid om het te hebben over ‘de onversneden racistische uitspraken van de
burgemeester van Antwerpen’ en dat was blijkbaar het signaal om ondergetekende eens
van antwoord te dienen. Ik kreeg het gevoel – met een beetje overdrijving
gesteld – voor een digitale intimidatiemachine te staan, een voorproefje misschien
van de tijden die aanbreken als deze mensen het werkelijk helemaal voor het
zeggen krijgen. Maar goed, wat viel mij op en wat heb ik bijgevolg geleerd? Een
paar dingen – en het is niet de eerste keer dat ik dit stramien opmerk.
De verwijten duiken vrijwel meteen op: ‘moslim-collaborateur’,
‘niet in staat tot louterende zelfreflectie’, ‘u doet niet ter zake’, ‘contraproductief
gezwets’, ‘u begrijpt niet wat u leest en niet eens wat u zelf schrijft’. Omdat
er afgezien daarvan niet één, maar werkelijk niet één valabel tegenargument
wordt gegeven, ervaar ik dit als weloverwogen intimidatie. (Pardon, er is één
tegenargument. Het is een sofisme: als de uitspraken van de burgemeester
racistisch zijn, de aanklachten wel zullen volgen – als ze niet volgen, zijn de
uitspraken niet racistisch.) Zeer opvallend bij dit alles is dat er vrij snel
een mobilisatie op gang komt: de commentaren van deze lieden worden druk ‘geleukt’,
door henzelf maar ook door externe mensen die ik nooit eerder op mijn wall heb
zien passeren.
Wanneer duidelijk is geworden dat de intimidatie niet tot
het gewenste resultaat leidt, zet een van deze lieden een afleidingsmanoeuvre
in: “Dus, mr. Cornet, als ik jou morgen met de wagen aan een volgens jou te
hoge snelheid voorbijzoef, dan verdien ik een bekeuring?” Ik beantwoord de
vraag, en krijg vervolgens op mijn vraag wat hij met de discussie te maken
heeft als uitsmijter: “Alles, Mr. Cornet, maar ik
dacht dat u stelde dat u goed kon lezen of op zijn minst begreep wat u schreef
: ‘...wat mij betreft, rascistisch waren’. En voor zover ik kan zien ben u geen
geijkt meettoestel! ;-)” Deze obscure opmerking levert
vier vind-ik-leuks op. Daarna verzandt het gesprek in vulgaire praat. De heren
hebben hun slag thuisgehaald en vieren de overwinning met scatologische humor:
Ik vond het een leerzame
voormiddag.