‘Ja, wat moesten we geven voor hun vijftigste huwelijksverjaardag? Een video-installatie, een magnetron, een dvd-speler, een digitale camera? Dat hebben ze al allemaal, ze hebben alles. En dus besloten we hen op een weekje Oostenrijk te trakteren, in het hotel waar ze altijd heen gaan.’ ‘Zo’n hotel met houten balkons en geraniums voor de ramen?’ ‘Ja, je vindt er geen andere. Maar goed, alleen dat reisje betalen: dat leek ons niet genoeg. Daarom besloten we om hen, buiten hun weten om, ginds op te wachten. Kun je je het voorstellen: duizend kilometer van hier doodleuk met vier broers en zussen en alle partners in de lounge van een hotel zitten wachten op je ouders die in het geheel niet verwachten jou daar aan te treffen? Het werd een heel leuk weekend, dat kan ik je verzekeren. Ze waren er heel blij mee. Let wel, we zijn er niet langer dan twee dagen gebleven, zodat zij nog een dag of vijf voor zich alleen hadden. Iedereen was in de wolken… Behalve mijn jongste broer dan.’ ‘Hoe kwam dat?’ ‘Wel, wij kinderen waren er een dag eerder dan onze ouders. We waren volop een wandeling aan het maken in de bergen toen X besloot eens te bellen. Voorwendend dat hij gewoon in België zat, natuurlijk. Zomaar eens informeren of de reis voorspoedig verliep. Bleek dat ze nog maar een uur of wat te rijden hadden. Ze hadden veel sneller gereisd dan verwacht. Dan is mijn jongste broer, en die is toch ook al vijftig, inderhaast naar beneden gelopen om onze auto’s, die nog op de parking stonden en op die manier het beoogde effect zouden verknallen, te verplaatsen. Maar hij heeft zich daarbij zo gehaast dat hij gevallen is en enkele ribben kneusde. Hij ging wat minder uit de bol, ’s avonds bij de schnaps.’