Wat de uiteindelijke uitkomst van het DHL-debat zal zijn, laat zich al wéken raden. In Leipzig staat de champagne allang in de koelemmer. De hele pantomime die nu al een hele tijd de Belgische ‘politiek’ kleurt (als mijn aanhalingstekens buigen, dan onder de cynisch gestemde ironie), lijkt enkel te worden opgevoerd om gezichtsverlies te vermijden. Gezichten moeten worden gespaard: zowel van de goedmenende maar machteloze politicus als van diens uitsluitend voor zichzelf en de eigen onmiddellijke achterban schermende collega. Hoe dichter de politicus in kwestie bij de luchthaven woont, hoe minder hij, of zij, geneigd is om voor de uitbreiding ervan, en dus voor een paar duizend werkplaatsen, te schermen. Liever géén winnaars dan verliezers. Dat is de voorspelbare kant van de zaak. Onvoorspelbaar is de grofheid waarin dit geruzie op dit ogenblik aan het ontaarden is. Wat we nu meemaken is van dezelfde arrogantie als deze die nodig was om indertijd van de ene dag op de andere Renault Vilvoorde te sluiten. DHL begint het geduld te verliezen, zo heet het. Juister zou het zijn te zeggen dat de ware aard bovenkomt. De reële machtsverhoudingen worden snel zichtbaar onder het afbladderende laagje schijndemocratie. Na weken palaveren over zus- en zoveel nachtvluchten met stille vliegtuigen, stelt DHL doodleuk voor om elke nacht niet vier maar zestien luide vliegtuigen over de hoofdstad te laten vliegen. En nu proberen ze de Waals-Vlaamse tegenstelling uit te buiten door de luchthavenautoriteiten van het Luikse Bierset op te vrijen. Hier staat de politiek echt in haar bloot gat. Machteloos moeten de politici, ook de goedmenende, ervaren wie in onze maatschappij over de échte macht beschikt. Bovendien zijn ze door DHL in een zulkdanige situatie gemanoeuvreerd dat straks niet het bedrijf, maar zij, de politici, de schuld van het debacle over zich heen zullen gestort krijgen. Het laat zich raden wie daar bij de volgende verkiezingen garen bij zal spinnen.