vrijdag 22 maart 2019

afscheid van mijn digitaal bestaan 118


voor deze rubriek selecteer ik de beste stukken die op deze blog zijn verschenen


Voor minder dan de aanslag op de Twin Towers en het bombardement op Dresden, kunstig via een familieverwantschap en wat geëmigreer met elkaar verbonden, lijkt de nog geen dertig jaar oude bestsellerauteur Jonathan Safran Foer al niet meer in zijn pen te kruipen, zo blijkt uit Extreem luid en ongelooflijk dichtbij. In Alles is verlicht liet hij al de Amerikaanse nazaat van een Oekraïense vluchteling op zoek gaat naar zijn door de Shoah weggevaagde, zich enkele eeuwen diep in het verleden borende roots. Trans-Atlantische moves, een spagaat in de tijd van heb ik je daar, zeer gewichtige morele kwesties die La vita è bella-gewijs met een lach en een traan worden weggepinkt, typografische spitsvondigheden, een intrige voor denksportkampioenen, een constructie met interne links waar, gesteld dat een telefooncentrale het zou kunnen, een telefooncentrale van aan het blozen zou slaan: dat zijn zo ongeveer de ingrediënten van Foers beide romans. En dan zijn er nog de ongebreidelde maar zeer keurig beteugelde fantasie, de overgeregisseerde manipulatie van des lezers gevoeligheid en inlevingsvermogen, het modieuze gegoochel met postmoderne items als catalogi, namenregisters, alfabetisch geordende trivia en austeriaanse stadsplattegronden, retorische tics die aanvankelijk wérken maar op den duur tégenwerken, thrillertechnieken zoals het dwaalspoor, enzovoort.

Om maar te zeggen dat ik niet van plan ben om te jubelen over de tweede roman van deze wonderboy uit New York, dat trouwens alweer een wereldwijd succes blijkt te zijn. Het is me allemaal iets té goed geschreven, té spits, té vernuftig. Té vrijblijvend ook. En ik verdraag niet dat zeer delicate morele-grenskwesties voor entertainmentdoeleinden worden ingezet. Het wordt op den duur zo’n maakwerk, dat het mij koud laat – en dat kan toch niet de bedoeling zijn geweest. Toen ik bij de laatste twintig bladzijden aanbelandde, was ik de draad kwijt, en eigenlijk interesseerde het me al niet meer waar het om draaide.