366
De oude parlevinkster,
die met haar fruit op weg was geweest naar de markt in Surrey, aan de andere
kant van de rivier, zat daar met haar geruite omslagdoeken en hoepelrokken en
een schoot vol appels (…)
Virginia Woolf, Orlando,
32
parlevinker (de
(m.)) 1 kleinhandelaar in grutterswaren en veevoer; – (in ’t
bijz.) iem. die meet een bootje langs de schepen vent, syn. kadraai, kadraaier, scheepszoetelaar,
kistjesman
grutter (de (m.);
-s; -tje) 2 winkelier in
grutterswaren (gort, meel, bonen, erwten enz.), syn. kruidenier (2)
367
Sasja wierp zich tussen hen, anders zou hij de zeeman
gewurgd hebben eer deze zijn hartsvanger
had kunnen trekken.
Virginia Woolf, Orlando,
46
hartsvanger (de
(m.)) lang, aan het eind tweesnijdend jachtmes, in een schede gedragen, dat op
de hertenjacht gebruikt wordt, ook als stootwapen met platte, rechte kling en
als bajonet gebruikt, var. hertsvanger
368
Als hij het salet ener
dame binnenkwam bleef hij eerst stokstijf en blozend staan en stapte dan als
een dragonder rond.
Virginia Woolf, Orlando,
76
salet (het; -ten)
1 ontvangkamer of -zaal, syn. salon
369
Maar pas toen de malvezij
rijkelijk begon te vloeien waagde Orlando het onderwerp aan te snijden (…)
Virginia Woolf, Orlando,
79
malvezij (de
(m.); g.mv.) (stofn.) 1 vroeger
bekende, geurige, zoete wijn, m.n. van de stad Napoli di Malvasia (Monemvasia) 2 gekookte wijn uit de Provence
370
Dat hij het verschil niet kende tussen een geranium en een
anjelier, een eik en een berk, een dog en een windhond, een enter en een ooi, tarwe en gerst, bouw-
en braakland (…)
Virginia Woolf, Orlando,
84
1enter (de
(m.); -s) groot landbouwhuisdier, m.n. paard of rund, van één jaar oud,
gewoonlijk van één winter, syn. eenwinter,
tgov. twenter, twinter: (gew.) het is daar enter onder de twenter,
alles onder elkaar; - ook als eerste lid in samenst. als de volgende, waarin
het tweede lid een groot landbouwhuisdier noemt: enterhengst, enterkoe, entermerrie, enterpaard, enterschaap,
enterstier, entervaars