120 – Het aantal onderwerpen waarover ik tegenwoordig drie
keer mijn woorden herkauw (en ze dus vier keer kauw) vooraleer ik er iets over
zeg, neemt toe. Democratie, elitarisme, hoofddoeken…: het wordt steeds heikeler
om daarover te spreken. Zeker voor een linkiewinkie
als ik, die verondersteld wordt om de waarden van de Verlichting progressief
en hoog in het vaandel te voeren. (Ik had het tussen haakjes hier, naar
aanleiding van een rondreis in Frankrijk, al eens uitvoerig over liberté, égalité en fraternité.)
Égalité. Tja.
Tussen mensen van verschillend geloof, ras, geslacht… Alle denkbare verschillen
komen in aanmerking om het over gelijkheid te hebben. Of gelijkwaardigheid. En
het wordt alsmaar ingewikkelder, naarmate de kleinste en meest van het
‘normale’ afwijkende niches en groepen tevoorschijn worden gehaald van onder de
deksteen van eeuwenlang duidelijk en algemeen aanvaarde afbakeningen en zich –
zoals dat dan heet – emanciperen. Uiteraard altijd met recht en reden, dat
bestrijd ik niet. Ik herhaal: dat bestrijd
ik niet. (En gelieve ook de aanhalingstekens op te merken waarin ik het
woord ‘normale’ heb gevat.)
Wat ik zeg, is dat het ingewikkeld wordt.
Nu hebben we het met de transgenders. Het hek lijkt van de
dam: televisieprogramma’s, getuigenissen, zorgvuldig getimede en
gemediatiseerde outings. Het lijkt wel alsof het opeens niet snel genoeg kan
gaan. Zo lijkt het televisieprogramma ‘M/V/X’ (waarvan ik zonet de eerste aflevering
bekeek) bij momenten een reclamespot voor de afdeling Centrum voor Seksuologie
en Genderproblematiek van het UZ Gent.
En ik herhaal, zéér beducht om voor reactionair te worden
versleten: voor mij is het allemaal oké. Vrijheid blijheid, hoe meer
diversiteit hoe beter en we zijn allang de tijd voorbij dat mensen opgesloten
moeten blijven in de vooroordelen van anderen.
Maar laat ons alstublieft niet alles ‘normaal’ vinden. (Verdomme,
weeral die aanhalingstekens.) We hebben die ‘norm’ nu eenmaal nodig om onze samenleving
een beetje georganiseerd te krijgen. Die ‘norm’ hoeft geen waardeoordeel in te
houden, maar de slinger moet nu ook weer niet de andere richting uitgaan,
waardoor bijvoorbeeld een ‘geslachtsverandering’ – opnieuw aanhalingstekens,
straks iets meer daarover – een na te streven doelstelling lijkt te worden, een
ideaal. Neen, dat is het niet. Het is
een uitermate problematische, complexe en pijnlijke transitie, met massa’s vaak
zeer ongemakkelijke consequenties, niet het minst voor de betrokkene zelf maar
ook voor zijn of haar omgeving. Ja, laat ons die omgeving ook eens in de
discussie betrekken. Ik hoor daar opvallend weinig over. En aan het woord komen
doen ze al helemaal niet. Of nauwelijks. Zou het kunnen dat die omgeving helemaal
niet zo enthousiast is als tegenwoordig blijkbaar wordt verwacht? Zou het
kunnen dat die omgeving zelfs al een sociale druk voelt om enthousiasme te
betonen?
In de eerste aflevering van ‘M/V/X’ is op een gegeven
ogenblik sprake van een vader die de transitie van zijn kind niet aanvaardt. Er
wordt gefocust op dat kind: hoe moeilijk zij het heeft, hoe pijnlijk het voor
haar is, hoe eenzaam zij is. Maar de vader blijft buiten beeld. Hem had ik ook
graag eens gehoord. Waaruit bestaat bijvoorbeeld dat ‘niet aanvaarden’? Hoe uit
het zich?
O ja, het is fout om van geslachtsverandering te spreken.
Het gaat niet om ‘de aanpassing van het geslacht aan het lichaam maar om de
aanpassing van het lichaam aan het geslacht’, doceert Petra De Sutter in het
veelbesproken Terzake-debat
met Dries Van Langenhove, een rechtenstudent die zich terecht afvroeg waar al
die behoudsgezinde professoren waren om met Petra De Sutter in debat te treden,
zodat het niet een student moest zijn die het tegen een professor moest opnemen.
Ik ben het niet met alles wat hij zei eens, zoals ik het ook niet sympathiseer met
alles wat Petra De Sutter zei. En het was trouwens ook vaak een semantische
discussie: zo vér lagen hun standpunten nu ook weer niet uit elkaar. Maar ik
was het wél eens met Van Langenhoves conclusie: ‘Ja, de media moeten veel
aandacht schenken aan het fenomeen. Maar zij moeten dat op een genuanceerde
manier doen, niet enkel op een toejuichende, uitsluitend positieve manier.’
Want, zo dacht ik er dan bij: niet alle transgenders zijn zo geslaagd en met
het resultaat zo tevreden als Petra De Sutter, die het zich permitteert om
rolmodel te zijn voor haar eigen winkel.