De schappen met de aardewerken schalen in felle kleuren,
oranje, groen of citroengeel, de planken waarop het witte porselein stond
opgetast, sommige modellen omzoomd met een gouden bies, de console waarop de
sets glazen van fijn geslepen kristal waren uitgestald, het vak met de rode
geëmailleerde pannen, alles had een antracietgrijze tint gekregen, alsof de
winkel in zijn geheel in een teerbad gedompeld was geweest.
Jean Rouaud, Velden
van eer, 2. Illustere voorgangers, 130