AANHOREN
Je luistert allang niet meer, je aanhoort. Je wil stoppen met horen, maar je kunt het niet: je blijft het aanhoren. Bijvoorbeeld: iemand verwijt jou iets, spuit kritiek. Ofwel ben je compleet verrast, en dan luister je want je bent benieuwd – misschien leer je wel iets bij. Ofwel is de kritiek die je te horen krijgt, niet onverwacht. Dan kun je haar alleen nog maar aanhoren, want je wéét al waarover het gaat. Wat je ook kan aanhoren, is bijvoorbeeld het dagelijkse leed dat via de journaals op tv of op de radio over je heen wordt gekieperd. Je aanhoort het maar je hoort het niet meer. Eigenlijk ben je er potdoof voor.