vrijdag 28 maart 2014

tour 7


19 februari 2014

Elk van de drie reizen heeft een schaduwzijde. Ik weet niet of het hier de juiste plaats is om daarover te berichten, maar érgens moet het toch eens worden gezegd. (Of het zal niet bestaan hebben.) Laat het een bezwering zijn, de uitdrukking van de ferme wens dat de vierde reis, die nu op til staat, van zo’n schaduwzijde gespaard mag blijven. Te meer omdat ik hem nu alleen zal maken, en dat zo’n schaduwzijde, mocht hij er dan al komen, niets anders kan dan het gevolg zijn van een calamiteit: een ongeluk, een accident, een diefstal, een overval, een valstrik…

Bezweren!

In 1979 vertrok ik dus samen met Stefaan en Erwin. Maar er was nog een vierde speler. (...)

De schaduwzijde op reis twee had met vriendschap te maken. Aspirant-reiziger, ik geef u de raad: ga bij voorkeur nooit met twee vrienden op reis. Ik bedoel: in een gezelschap van drie, met twee anderen, die jij vrienden noemt en die jou vriend noemen en die onderling ook bevriend zijn. Het gebeurt allicht niet altijd, maar het gevaar is toch groot dat er, zeker als de inspanningen die moeten geleverd worden zwaar beginnen door te wegen, ententes ontstaan. Twee tegen één. Niet prettig voor die ene.

Over de schaduw die boven de derde reis hing, die naar Marseille, had ik het al. (...)
 
Wat weten we van elkaar? Eigenlijk?