‘Tussen man en
vrouw behoren uitsluitend misverstanden te heersen, zodat die door vleselijke
gemeenschap overwonnen kunnen worden.’ (De
ontdekking van de hemel, 541)
‘Misschien was
het talent tot lachen eigenlijk wel de ware geest, meer dan het vermogen tot
intellectuele krachttoeren.’ (Idem,
638)
Mulisch verwoordt het niet altijd even mooi, maar heeft wel de juiste
ideeën. En hij kan vertéllen, zo goed zelfs dat het helemaal niet
onwaarschijnlijk of onaanvaardbaar overkomt wanneer hij op bladzijde 653 een
overtollig geworden hoofdpersonage elimineert door een meteoriet op zijn hoofd
te laten vallen. Voor iemand die ooit heeft beweerd dat in een roman geen mus
vergeefs uit de dakgoot valt, kan dat tellen!