zondag 15 december 2013

doordeweekse zinnen 152-165


131208

152. J. kan de namen Nathalie en Valerie nooit uit elkaar houden.

131209

153. ’t Is vreemd om een speelfilm te zien die deels gedraaid is op een locatie twee straten van waar je geboren bent.

131210

154. De zoektocht wordt niet hier maar pas op het eind van uw leven beëindigd.

131211

155. Ik heb mij ermee verzoend dat ik met een verleden vol gaten leef.

156. Hij mocht tussen de jool en de luim graag wat ernst meegeven.

157. Vertrouw geen lieden die tijdens het spel de spelregels veranderen.

131212

158. Vreemd, die gewaarwording dat ook personen van de zevende garnituur ergens in je bibliotheek kunnen opduiken – bijvoorbeeld die Juliette Lamessine, die op bladzijde 370 van Eco’s boek wordt genoemd en die, als Mme Adam (want zo heette haar man), in de Correspondance van Flaubert een bijrolletje speelt.

159. Vier mensen in één compartiment, en we zaten alle vier te lezen: de jongen met Sennheiser koptelefoon naast mij in een boek van Terry Pratchett, de kort en modieus gekapte jongedame tegenover hem in Stad der blinden van José Saramago, M. voor mij in een familie-epos van een Indiase schrijfster en ikzelf in een verhalenbundel van Mahfoez.

131213

160. De getallenfetisjisten zullen het vast niet leuk vinden dat er geen dertiende maand is.

161. Vreemd dat een opmerking over de generatiekloof vooral tot taalkundige bespiegelingen aanleiding geeft.

131214

162. E. werkt als IT’er bij de Broeders van Liefde.

163. S. vertelt dat Ringo Star zegt van Beethoven te houden, ‘especially his poems’.

164. Toen S. zag dat er, tegen de Ring aan, witte rozen waren bevestigd op de westelijke reling van de nieuwe Scheepsdalebrug, vroeg ze of ik wist of daar iets was gebeurd.

165. Had ik daar maar tijd voor, dacht P. nadat L. hem de raad had gegeven zijn lange winteravonden te besteden aan de lectuur van Robert Musils De man zonder eigenschappen.