R treedt op deze blog
aan als gast. Hij neemt zich voor mij 365 berichten te sturen en hij gaf mij de
toestemming deze berichten hier te plaatsen.
R wenst anoniem te
blijven.
Dag Pascal,
Als we het meest van onze fouten kunnen leren, wat leert de
Tweede Wereldoorlog ons dan? Zonder daders geen slachtoffers. Toen Abel
Herzberg bij een lezing de vraag kreeg ‘Hoe kunnen we voorkomen dat onze
kinderen ook slachtoffer van geweld worden?’, was zijn antwoord: ‘Dat is niet
de goede vraag. Het gaat erom hoe we kunnen voorkomen dat onze kinderen beulen
worden.’ Een grote waarheid, maar kan dat?
Ik liep met mijn vader door Kamp Westerbork, dat tijdens de
Tweede Wereldoorlog het doorgangskamp was van de Nederlandse joden, zoals
Mechelen in België. Hij was in die tijd bewaker, om na het laatste transport in
dienst te treden bij de Ordnungspolizei, waar hij vrienden had. Dat waren leuke
jongens, vertelde hij. Die kwamen nog wel eens langs vanuit Groningen, en
brachten dan lekkere dingen mee als worst en Moezelwijn. En een lol dat ze
hadden... Ja, dat was echt een mooie tijd. Maar toen zag hij een keer de
meester van de mulo in het kamp. Dat was zo’n aardige man. Die had hij nog wel
wat extra’s willen geven, een deken of een pakje sigaretten. Maar van de kapo’s
mocht dat niet. Die kapo’s, daar kon je maar beter ver van blijven. Zijn vrienden
hadden ook een keer op mijn vader gewacht bij de executie van een gevangene.
Daar had hij later nog wel zorgen over gehad. Stel je voor, dat iemand dat had
gezien. Dan kon je na de oorlog een veel zwaardere straf krijgen. Nee, een
makkelijke tijd was het niet voor hem, die oorlog.
Als ik me in daders
verdiept, kom ik meestal op een glijbaan. Die begint bij begrip (in de
betekenis van begrijpen, niet van vergoelijken), en gaat abrupt en snel over in
verwijt en angst, om te eindigen in onwil en onvermogen om te accepteren hoe
klein de mens kan zijn. En dat is maar goed ook, want bij die onwil en dat
onvermogen begint de beschaving.
Groet, R