S. had hem gezien in de etalage van K.’s winkel aan de
Nieuwe Gentweg en had al eens geïnformeerd naar de prijs. Ze had altijd graag
een modelboot (of een bootmodel, ik bedoel een schaalmodel van een boot) in
huis gehad – om op die manier haar verbondenheid met de zee te memoreren,
vermoed ik; zo verklaar ik ook haar verlangen naar een marine schilderij, ik
bedoel een geschilderd zeezicht ofte zeeschap, ik moet daar eens werk van
maken, misschien iets voor een kerstcadeau, maar dan moet ik wel eens dringend
de tweedehandsmarinesmarkt afschuimen. Nu goed, K. was dat niet vergeten,
blijkbaar, dat S. haar zinnen op die boot had gezet. K.’s broer had die boot
gemaakt, en de prijs (*** euro) ging S.’s budget te buiten of te boven, ik
bedoel: S. ging niet overstag. Enfin, om een lang verhaal kort te maken – en ik
zal proberen niet nog meer opzichtige maritieme terminologie binnen te smokkelen,
ik bedoel uitdrukkingen die met zeevaart en dergelijke te maken hebben –: K.
herschikte zijn etalage en hij was de boot een beetje beu en nu mag het ding
dus een tijdje op S.’s uit De Panne naar hier gehaalde kast staan. Als een
visserssloep in een droogdok, te kijk en te pronk. Een fraai stuk is het,
nietwaar?, ik heb er ook het genot van: fraai van proporties, een beetje ruw
afgewerkt, wat het geheel iets onregelmatisch geeft en zeker ook een
sculpturale kwaliteit – en uit de schoorsteen suggereert een in rookwolkvorm
uitgeknipt stukje textiel een gestage voortvarende beweging.