woensdag 26 december 2012

uit een mail

Godverdomme, X., wat wilt gij nu eigenlijk zeggen? Ben je het eens met dat onsamenhangend gewauwel van BDW over de relatie tussen beleid en kunst of niet? Zeg dat dan verdorie rechtuit!, dan weet ik tenminste wat u denkt. Wat in dat artikel van BDW staat, al dan niet tussen de regels, is zo ernstig en ingrijpend dat de stijlkwestie - heeft Lieven De Cauter conform zijn status van academicus gecommuniceerd of niet?; heeft hij consequent gij, je of u gebruikt? - werkelijk totaal bijkomstig is. Overigens heeft Lieven De Cauter zich in een tweede mail aan BDW verontschuldigd voor zijn toon - zonder evenwel, en terecht, inhoudelijk iets van zijn argumentatie terug te nemen.

X., ik weet niet of het tot je is doorgedrongen (op basis van je mails ben ik geneigd te denken van niet), maar hier is niets minder in het geding dan het recht, de taak en ja, zelfs de plicht van de kunstenaar om te zeggen wat hij/zij meent te moeten zeggen. Jij zou toch, als kunstliefhebber, gevoelig moeten zijn voor de autonomie van de kunstenaar? Of speelt dat niet zo in de muziek? Wat zou Sjostakovitsj (sorry, schrijfwijze even niet gecontroleerd) daarvan denken?

Zal een autonoom en dus kritisch kunstenaarschap in het toekomstige zelfstandige Vlaanderen ja of neen nog mogelijk zijn? Sorry hoor, maar als je hier niet ziet dat de huidige burgemeester-ad interim van Antwerpen ('A') en toekomstig minister-president en misschien zelfs gewoon president van het tochtgat Vlaanderen zich schaamteloos permitteert om in het openbaar te intimideren (want dat is het als je al meteen de betrokkene overslaat en diens baas aanschrijft, die overigens, laat ons dat niet vergeten, zéér afhankelijk is van subsidies), dan ben je echt wel niet voldoende begaan met wat er op dit ogenblik aan het gebeuren is. Wat mij heel erg zou ontgoochelen.

Ik hoop heel erg dat je mij niet ontgoochelt.