(220130)
EEN DURE V
Als ik niet naar FIP of een andere internetzender luister waarop niet om de haverklap reclame of nieuws wordt gespuid, dan naar Radio 1, het eerste net van de Vlaamse Radio en Televisie ofte VRT. Ooit was dat, toen de V nog een B mocht zijn, de BRT. Ik volg niet zo veel programma’s. Als ik erin slaag de reclame te skippen, luister ik één of twee keer per dag naar het nieuws. Sommige rubrieken van Nieuwe feiten vind ik leuk en af en toe, tegenwoordig steeds vaker via podcast, luister ik naar Touché of Interne keuken, twee programma’s waarin het nog eens over iets mag gaan en waar de spreker langer dan tien seconden aan het woord mag blijven zonder te worden onderbroken. Er zijn een paar radiocoryfeeën aan wie ik een gloeiende hekel heb, maar mijn psychiater heeft mij aangeraden daar niet te veel lucht meer aan te geven omdat ik anders in ademnood dreig te komen. Ze sprak zelfs van levensbekortende ergernis. Ik neem dat soort waarschuwingen zeer au sérieux.
Om maar te zeggen dat ik als gemiddelde Radio 1-klant min of meer goedgeplaatst ben om de volgende opmerking te maken. Dat het bizar is hoe een verandering van huisstijl je eerst helemaal uit je lood lijkt te slaan, waarop alles verbazend snel naar een normaal verwachtingspatroon terugkeert. Alsof er een steen in een vijver is geworpen, wat enige kabbeling veroorzaakt, waarna de golfkringen uitdijen totdat het wateroppervlak weer effen is. Zo’n huisstijlaanpassing heeft ongetwijfeld flink wat geld gekost, wat vreemd mag heten als je overdenkt dat het à la limite de bedoeling is dat de luisteraar op korte termijn niet meer hoort dat er iets veranderd is.
Radio 1 heeft dus een nieuwe huisstijl. De programma’s hebben andere tunes gekregen, er zit nu een opdringerig muziekje onder de nieuwsberichten, en er is – hoe kon het anders want het heeft geld gekost! – een andere baseline: ‘VRT Radio 1 Alles begint bij luisteren’.
Vroeger – jaja, opa, toen alles beter was – luidde die baseline: ‘Radio 1 Altijd benieuwd’. Ik vond dat een goede baseline. Je wist meteen dat je op de juiste zender had afgestemd. In het woord ‘benieuwd’ zaten de actualiteit en het nieuwe, het nieuws en het bijdetijdse. En meteen werd ook aan klantenbinding gedaan: ‘altijd’. Trouw, vertrouwen, vertrouwdheid.
Maar nu begint alles opeens bij luisteren. Tja, wat moet ik daarvan denken. Bij luisteren? Ik zou zeggen: mét luisteren. Vooraleer je zelf een mening vormt, moet je eerst luisteren. En daarmee begint het dus. Als je zegt dat het bij luisteren begint, dan lijkt dat luisteren minder essentieel. Je kunt ook zeggen dat iets bij de bushalte begint, of bij het strijken, of bij het haardvuur. Maar goed, taalbollebozen zullen zich daar wel de kop op gebroken hebben, of het nu bij of met moest zijn.
Het meest in het oog springende element van de nieuwe baseline is natuurlijk de toevoeging ‘VRT’ helemaal vooraan. Want dat was een van de belangrijkste uitkomsten van het recente gebruikersonderzoek dat in opdracht van de VRT was uitgevoerd. Daaruit was gebleken dat de luisteraars en kijkers van MNM en Canvas en Klara en Radio 1 hun eigen merk wel kenden, maar niet het overkoepelende ‘VRT’. Zij snapten niet dat bijvoorbeeld Radio 1 een onderdeel was van de Vlaamse openbare omroep. Om meer te zeggen: dat zou hun worst wezen. Vlaanderen kwam onvoldoende in de verf. En in een Vlaams-nationaal Vlaanderen kan zoiets natuurlijk niet. Vandaar: de huisstijlaanpassing.
Het – wellicht niet onbedoelde – resultaat is nu natuurlijk dat die V helemaal vooraan staat. ‘Beste luisteraars van Radio 1,’ zo luidt de subliminale boodschap, ‘dit is wel degelijk een zender van de Vlaamse radio en televisie. Vergeet het niet, u zou iets belangrijks kunnen missen.’
Het past helemaal in de indoctrinatie die nu al een paar jaar bezig is waarbij veel van wat vroeger niet expliciet Vlaams werd genoemd (terwijl het wel zo was) nu wél als dusdanig wordt voorgesteld. De Vlaamse Kust, Sport Vlaanderen, de Vlaamse Brede Heroverweging. Enzovoort.
Het doet mij onmiddellijk denken aan de Radio 1-coryfeeën Ruth Joos en Fried’l Lesage die in hun vragen altijd graven naar het vaarom en het vat en het vanneer. Ik heb nooit begrepen waarom ze zich die nuffige dictie-eigenaardigheden veroorloven, maar nu begint het mij te dagen! De V moet alomaanvezig zijn! Veg met de v van Vallonië en leve de V van Vlaand’ren!